‘Het apart behandelen van groepen mensen is vaak het begin’


Fatima, Rwan en Kyosha vertellen het verhaal van Anne-Ruth Wertheim
Jakarta, Indonesië

Vanwege corona kan er geen echte ontmoeting plaatsvinden en gaat het interview via Zoom. Na een oefensessie zijn Fatima, Rwan en Kyosha van ROC TOP Amsterdam er klaar voor. Zodra Anne-Ruth Wertheim in beeld verschijnt, groeten ze haar hartelijk. Het ongemakkelijke van online ontmoeten gaat snel voorbij en voordat het interview begint, vraagt Rwan of mevrouw Wertheim het wel goed vindt dat ze haar vragen stellen over Indonesië en over het kamp. Rwan is zelf uit Syrië gevlucht en weet hoe het is om moeilijke vragen over haar ervaringen te krijgen. Anne-Ruth antwoordt dat ze het belangrijk vindt om erover te praten in de hoop dat mensen ervan leren en de strijd aangaan tegen discriminatie van groepen.

Hoe waren de jaren in de Japanse kampen met uw moeder, broertje en zusje ?
‘In de kampen was het leven heel moeilijk. De Japanners hadden strenge regels en we hadden niet genoeg te eten en nauwelijks water. Het was er heel vies en we liepen op blote voeten, die we ook niet konden wassen. Veel mensen werden ziek. Ook mijn broertje is heel erg ziek geweest. Er waren geen medicijnen; het is een wonder dat hij het heeft overleefd. Gelukkig was ik samen met mijn moeder, broertje en zusje daar. Dat was niet vanzelfsprekend, omdat mijn moeder niet Joods was en wij kinderen half Joods. Eigenlijk moesten we daarom naar verschillende kampen. Mijn moeder loog toen dat ze Joods was, waardoor we toch in hetzelfde kamp belandden. Het apart behandelen van groepen mensen is vaak het begin van discriminatie. Ik heb na het kamp altijd gevochten tegen hokjesdenken en discriminatie. En ik ben altijd blijven vechten voor de zwakkeren. Macht en brute kracht geeft mensen niet het recht om niet eerlijk te delen. Ik vind dat iedereen recht heeft op hetzelfde.’

Hoe was uw kindertijd voor de oorlog en het kamp?
‘Ik had een heerlijk leven. Ik zat op school, ging naar feestjes. Op school zaten alleen witte kinderen en een enkel gemengd kind. Indonesische bediendes kookten voor ons en reden me naar afspraken. Dat was in de koloniale tijd heel normaal. Wij Hollanders, die een klein deel uitmaakten van de bevolking, hadden het voor het zeggen. Wij kregen onderwijs en goede banen, de Indonesiërs niet. Het is een oneerlijk systeem en ik vind het heel logisch dat de Indonesiërs na de oorlog voor hun onafhankelijkheid streden.’

Wat heeft u geleerd van het opgroeien in een andere cultuur?
‘Het is heel belangrijk om elkaars cultuur en religie te respecteren. Ik heb een jaar in de Verenigde Staten gewoond. Toen mijn dochter werd geboren, ging ik met haar naar de dokter. Hij keek verbaasd naar haar ongeknipte nageltjes. Ik legde hem uit dat wij dat in Nederland niet doen in verband met gevaar voor infectie. De dokter antwoordde: “Wat verschrikkelijk achterlijk dat ze dat bij jullie denken”. En ook: “Ik ken een primitief volk waar ze het eerste jaar de haren van een baby niet knippen”. Ik vond dat heel ongepast. Nu achteraf vind ik het interessant dat ik in een ander land mijn kind gekregen heb. Daardoor begrijp ik heel goed hoe onbegrepen mensen uit een andere cultuur zich in Nederland soms kunnen voelen.’

Raakte u snel gewend toen u op uw elfde in Nederland kwam wonen?
‘Ik heb heel erg moeten wennen en vond het hier in het begin vreselijk. Het was koud en we werden ook een beetje gediscrimineerd. We kwamen een jaar nadat de oorlog in Nederland was afgelopen en de mensen hier waren al wat bijgevoed. Wij kwamen zwak en erg mager uit Indonesië terug en kregen daarom dubbele voedselbonnen. Sommige mensen konden dat niet hebben en waren jaloers. We werden weleens uitgescholden. Dan riepen ze: “Ga terug naar je apenland”.  Doordat ik dit zelf heb meegemaakt, kan ik goed begrijpen hoe het is als je racistisch behandeld wordt. Ik zie het als mijn allerbelangrijkste doel om racisme te bestrijden. En ik hoop dat jullie, als jullie de kans krijgen, daar ook tegen zullen vechten.’

   

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892