‘Toen ik de soldaten het pad zag oplopen, dook ik onder de tafel’


Thiago, Masha, Louis en Nika vertellen het verhaal van Bram Kout
Sint Pancras

Bram Kout woont in Sint Pancras en Thiago, Masha, Louis en Nika rijden in opperbest humeur vanaf hun school, de Kennemerpoort in Alkmaar, naar zijn huis. Ze hebben even wat oponthoud omdat de deur van Masha blijft steken achter een hekje en niet meer dicht wil… Druk kletsend en nieuwsgierig lopen ze naar de voordeur, waar meneer Kout ze samen met zijn vrouw verwelkomt. De drankjes en koekjes liggen al klaar…

Hoe was de oorlog voor u?
‘Ik ben geboren in 1940 en toen ik 4 jaar was besefte ik eigenlijk pas dat het oorlog was. De soldaten die hier waren, kwamen uit Oostenrijk en waren best vriendelijk. Ik kon gewoon op de straat spelen en kinderen kregen hier zelfs les van Oostenrijkse soldaten om vliegertjes te maken. Dat werd anders toen de SS-troepen hier kwamen, dat waren soldaten uit Duitsland en die waren veel strenger, zij vervolgden ook mensen.

Er waren dorpsbewoners die in verzet gingen om de Duitse soldaten dwars te zitten. Zoals borden omdraaien en telefoondraden doorknippen. Als zij werden betrapt, werden ze gevangengenomen en geëxecuteerd. Dat was dus erg gevaarlijk.’

Hadden jullie onderduikers in huis?
‘Omdat Duitsland grote verliezen leed en alle jonge mannen het leger in moesten om mee te vechten, was er een tekort aan mensen die in fabrieken en op het land werkten. De Duitse soldaten riepen daarom alle jonge mannen in Nederland op om te komen werken in Duitsland. Dat wilden veel mannen natuurlijk niet. Mijn vader en mijn oom doken onder en verborgen zich onder de vloer.

Als er Duitsers aankwamen, werden we door de andere tuinders gewaarschuwd. Die zagen ze als eerste aankomen en dan ging het als een lopend vuurtje door het dorp. Ik zag de soldaten het pad oplopen met hun ijzerbeslagen laarzen en werd zo bang dat ik onder de tafel dook. Een soldaat riep: ‘Wo sind der manner?’ ‘Als jullie mannen niet te voorschijnkomen, steken we jullie huis in de fik.’ Gelukkig deden ze dat niet. Een soldaat rookte en gooide zijn peuk op het kleed, en toen vertrokken ze. Omdat ik zo angstig was geweest, waren mijn ouders bang dat ik mijn vader nog eens zou verraden. Daarom moest ik vanaf toen bij een razzia naar mijn grootvader toe.’

Kende u mensen die samenwerkten met de Duitsers?
‘In onze omgeving woonden 178 tuinders en best veel van hen sympathiseerden in het begin met de Duitsers omdat een deel van hun teelt naar Duitsland ging en zij voor hun inkomen afhankelijk waren van Duitsland. Pas later ontdekten de tuinders dat de Duitsers ook plannen hadden om mensen op te pakken en naar kampen te brengen. Toen verdween bij velen de sympathie voor de Duitsers.’

Kende u mensen in het verzet?
‘Mijn vader was tuinder en achter de kassen had hij een schuur staan. Toen ze hem vroegen om mensen op te vangen, deed hij dat. In het huisje kwam een gezin met twee jongens. Later begrepen we dat een van deze jongens in het verzet had gezeten

Een verzetsgroep had eens tussen Alkmaar en Heerhugowaard een treinovergang opgeblazen. Op deze spoorlijn reden treinen die vanaf Amsterdam wapens vervoerden voor de Duitse soldaten op Texel. Om dat tegen te gaan, blies het verzet de spoorbrug op. Twee Duitse officieren die kwamen kijken, beloofden een tegenreactie. En die kwam er… Twintig verzetsmensen zijn toen uit de gevangenis gehaald en op deze treinovergang geëxecuteerd als wraak. Dat was vreselijk. Maar daar waar sprake was van verzet, gebeurden soms dit soort dingen.

Later heb ik een van deze verzetsstrijders en zijn dochter nog gesproken. Voor hem waren 4 en 5 mei geen herdenkingen en feestdagen. Hij voelde zich schuldig omdat door het opblazen van de spoorbrug al die mensen waren omgebracht. Ook kwam ik in contact met de dochter van iemand die destijds was geëxecuteerd. Omdat beide dochters rondliepen met vragen heb ik voorgesteld of ze elkaar zouden willen ontmoeten en hun verhaal met elkaar wilden delen. Dat hebben ze gedaan. Ze leerden in het gesprek begrijpen wat ieders rol was en hoe ze tegenover elkaar stonden en waren allebei opgelucht omdat ze er allebei mee hadden gezeten. Dat was heel bijzonder.’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892