‘Ik was een baby en heb mijn heit nooit gekend’


Myrthe, Andries, Fenna vertellen het verhaal van Anneke van der Schaaf
Tytsjerk

Myrthe, Andries en Fenna van basisschool De Romte in Tytsjerk reizen naar Bakkeveen, een half uur met de auto van hun school. Ze bezoeken mevrouw Anneke van der Schaaf-Santema (85). Zij was een jaar toen de oorlog begon en woonde op een boerderij op de Lytse Geast in Tytsjerk. Het interview is in de ochtend, maar ze krijgen chips van mevrouw Van der Schaaf en haar man.

Wat is er in de oorlog met uw heit gebeurd?
‘Het was in de begindagen van de oorlog, mei 1940. In Friesland zaten de Duitsers al, Noord-Holland was nog vrij. De Nederlandse militairen verdedigden de afsluitdijk en de Friese kust om te voorkomen dat de Duitsers over de afsluitdijk verder konden trekken naar Noord-Holland. Mijn heit vocht bij de Wonsstelling. De stelling bestond uit met hout en modder gemaakte versterkingen, die ook wel molshopen werden genoemd. Er waren geen kuilen en loopgraven en de grote bulten waren goed zichtbaar voor de Duitsers. De Nederlandse militairen hadden weinig bescherming en waren een makkelijk doelwit. Het is daar dat mijn heit werd neergeschoten. Hij is toen naar het ziekenhuis van Alkmaar gebracht, daar heeft hij nog een paar dagen geleefd. Mijn mem is daar nog één keer bij hem geweest, maar het was een hele reis om daar te komen, omdat de Duitsers net ons land bezet hadden. Mijn heit, Pier Santema, is op 1 juni 1940 overleden. Hij was nog maar 30 jaar. Ik was een baby van 1 jaar en heb hem nooit gekend.’

Wat weet u nog van uw heit?
‘Eigenlijk weet ik heel weinig van mijn heit. Er werd vroeger bijna niet over gepraat. Ik heb alleen foto’s van hem. Ik weet niet eens hoe zijn stem klonk of hoe hij was. Hoe het verder is gegaan met de begrafenis en zo, weet ik niet. We waren nog zo verschrikkelijk klein. Ik was 1 jaar, bijna anderhalf jaar, toen hij overleed. Mijn broertje was een half jaar oud en mijn grote broer was drie. Mijn mem had het ook erg druk; drie kleine kinderen en een grote boerderij. Gelukkig hadden we wel boerenhulp, maar er moest nog steeds veel gebeuren.’
‘Mijn heit zijn naam staat op het oorlogsmonument bij Kornwerderzand. Elk jaar gaan we naar de herdenking, die begint daar al om 18.00 uur in plaats van 20.00 uur. Er worden dan kransen gelegd. Dat is een erg belangrijk moment voor mij. Het is toch daar waar mijn vader heeft gevochten voor Nederland. Het graf van mijn heit was eerst in Tytsjerk en is later verplaatst naar het Militair Ereveld Grebbeberg in Rhenen. Zijn botjes kwamen in een kistje.’
‘We hebben na het overlijden van mijn heit nog negen jaar op de boerderij gewoond. Mijn mem werd toen ziek en kon niet meer beter worden. Ze is op een Sinterklaasavond overleden, ik was tien jaar. Ik heb toen een kleedje voor haar geborduurd. Dat kwam in de kist. Onze mem wilde graag dat mijn broertjes en ik bij elkaar bleven en daarom gingen we met z’n drieën naar het weeshuis. Het Old Burger Weeshuis in Leeuwarden. Voordat we daarnaartoe gingen was er nog ‘boelguod’ (boelgoed) waarbij al ons vee en de inboedel werd verkocht.’

Hoe was het in het weeshuis?
‘We zaten in een mooi, groot herenhuis. Het was een heel rijk weeshuis, ze hadden wel vijftien boerderijen. Mevrouw Van Harinxma thoe Slooten zat in het bestuur, ze was van adel. Wel heel aardige mensen. Eens per jaar was er een groot feest van het bestuur en hun gevolg. Dan was er een groot diner en mochten wij bij de tafels langs om te kijken hoe mooi het was. We hadden het er goed. Twee of drie keer per jaar kwam de tandarts. Ook de huisarts kwam regelmatig langs voor onderzoek. Er was een naaiwinkel en een keukenmeid. En we hadden er een ‘vader’ en een ‘moeder’, die hadden daar de leiding.  Moeder was een erg leuke vrouw, ze was heel lief. We sliepen met zo’n vijf meisjes op een kamer. Het was anders dan bij ons thuis in het gezin, maar ik heb het er wel fijn gehad. Mijn oudere broer Rienk moest er wel erg wennen, want hij wilde graag de boerderij overnemen en dat kon nu niet meer. Op zondagmiddag gingen we altijd naar mijn pake en beppe in Goutum, ze waren voogd over ons. Het waren de ouders van mijn mem.’

 

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892