‘Ik heb als baby in een kinderwagen bovenop wapens gelegen’


Bisas, Rayan, Yigit, lias vertellen het verhaal van Pim Blank
Zaandam

Het is maar zes minuten fietsen vanaf Basisschool Het Zaanplein naar het huis van Pim Blank (1943) Bisas, Rayan, Yigit en Ilias zijn nog nooit eerder op het eiland geweest waar meneer Blank woont. Het was vroeger een houteiland legt hij de kinderen uit. Hier legden de mensen het hout te drogen. Hij vertelt met enige trots het verhaal van zijn vader Wim die in het Zaanse verzet zat en van zijn Joodse moeder Miep. Hij heeft die verhalen allemaal pas gehoord toen hij volwassen was. Vroeger toen meneer Blank opgroeide, hadden zijn ouders het nooit over de oorlog.

Hoe was het voor uw vader in de oorlog?
‘Mijn vader is begonnen als militair toen de oorlog begon. Hij was toen 20 jaar en werd opgeroepen om in Schoorl te vechten tegen het Duitse leger. Dit duurde niet zo lang, want de Duitsers waren veel sterker. Toen is hij krijgsgevangen gemaakt en mocht niks meer doen. Maar hij is gevlucht, hij heeft met een vriend een fiets gepakt en is naar Wormerveer gegaan, waar hij woonde. Toen is hij gevraagd door een overbuurman of hij bij het verzet wilde. Dat is hij gaan doen. Dat was heel spannend. Hij was nog jong en heeft veel dingen gedaan en moeten doen. Omdat hij met mijn Joodse moeder getrouwd was, was hij niet verdacht. Hij moest bijvoorbeeld mensen, waarvan ze dachten dat die voor de Duitse bezetters werkten, achtervolgen. Soms moest hij die dan ook uitschakelen. Hij zat bij de knokploeg. Hij is daar later ook commandant geworden en heette dus Wim Blank, maar zijn verzetsnaam was Wim Donkers.’

Hoe heeft uw vader de oorlog overleefd?
‘Mijn vader zei zelf altijd dat hij heel veel geluk gehad heeft. Hij was een keer met zijn maat in Den helder om wapens te smokkelen. Plots werden ze aangehouden door een stel Duitsers bij Krommenie. Ze zeiden nog tegen elkaar; ‘als jij gepakt wordt schiet ik ze dood en als ik gepakt word schiet jij ze dood.’ Maar ineens kwamen er een stel jonge jongens aangefietst die die Duitsers zagen en toen snel weer omkeerden en wegfietsten. De Duisters lieten snel mijn vader en zijn vriend los en gingen achter die jongens aan, die gedroegen zich verdacht natuurlijk. Zo kon mijn vader gewoon door. Mijn vader heeft altijd geroepen; ‘ik heb al het geluk van de wereld gehad.’ Dat had ‘ie ook, want hij is 101 jaar oud geworden! Hij is twee jaar geleden overleden.’

Heeft uw moeder ooit ondergedoken?
‘Nou het verhaal van mijn moeder is heel bijzonder. Op een gegeven moment in de oorlog wist iedereen wel, dat als je Joods was, dat je werd opgepakt en afgevoerd. Als je als Jood getrouwd was met een christen dan werd je gespaard. Dus gingen mijn vader en moeder snel trouwen. Daarna ging het verhaal de ronde dat als je een Arisch uitziend kind had, je minder kans had om opgepakt te worden. Dus toen werd ik geboren. Ik heb eigenlijk het leven van mijn moeder gered.
Mijn moeder is dus Joods, maar ze heeft ook in het verzet gezeten. Ze droeg een Jodenster en heeft met mij in de kinderwagen de verzetskrant Trouw rondgebracht. Ze smokkelde ook wapens. Ik heb als baby in een kinderwagen bovenop wapens gelegen. We hadden twee onderduikers in huis. Dat waren twee Amsterdamse jongens uit het verzet, die verraden waren en op de vlucht waren. Jammer genoeg zijn ze bij ons ook weer verraden en opgepakt. Mijn vader had weer geluk, ze hebben hem laten liggen, hij lag met hoofdpijn in bed.’

Wat kunt u over uw opa vertellen?
‘Mijn Joodse opa is wel opgepakt. Hij woonde in Zaandam en had drie verschillende banen; onder andere als reserve-marktmeester en als sigarenmaker. Hij is bij alle drie ontslagen omdat hij Joods was. Ik heb daar nog de officiële ontslagpapieren van, dat vind ik wel heel naar. Daarna moesten ook alle Joden van Zaandam naar Amsterdam verhuizen en ook hij werd opgepakt en is naar Westerbork gebracht. Hij heeft in Westerbork nog een brief geschreven aan mijn vader en ook aan zijn andere kinderen. Die brief die heb ik nog. Die is geschreven op 17 februari 1943. Ik was toen net 6 weken oud. Hij vroeg ook of mijn vader eten en een broek wilde brengen. Vier dagen later is hij vermoord in Auschwitz.’

 

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892