De 78-jarige John Hunt komt naar basisschool Rapenland, waar Nidhi, Julia, Elma, Mihika en Mila hem gaan interviewen. Als hij arriveert, komen de kinderen nieuwsgierig dichterbij. Meneer Hunt is op 27-jarige leeftijd vanuit Londen naar Nederland gekomen, maar spreekt geen Nederlands. Gelukkig spreken de kinderen wel Engels. Zij hebben zelfs al hun vragen uit hun hoofd geleerd. Hoeveel landen hebt u bezocht?, vragen ze bijvoorbeeld. Ik heb ze niet geteld, zegt meneer Hunt, maar heel Europa, Canada en Litouwen.
Why did you come to the Netherlands?
‘Er was heel veel geld te verdienen in Nederland als elektricien, die hadden ze hard nodig. In een week kon ik 1500 gulden verdienen en in Engeland kon ik maar 500 krijgen. Nu is dat niet meer zo, maar toen was Nederland nog aan het heropbouwen na de oorlog. Je werkt voor geld, dus als je drie keer zo veel kan verdienen in Nederland, dan kom je wel. Als elektricien kan ik sowieso overal werken. Ik heb alleen de tekening nodig en het materiaal en dan kan ik het maken.
Mijn vader had tegen me gezegd: je moet een vak hebben, een timmerman, of een loodgieter, of een lasser. Ik vroeg hem wie het meeste verdiende en hij antwoordde: elektriciens, maar ik denk niet dat je daar slim genoeg voor bent. Hij meende dat niet. Hij probeerde er juist voor te zorgen dat ik elektricien zou worden, want ik moest hem natuurlijk het tegendeel gaan bewijzen. Het werkte! Toen ik eindelijk mijn diploma haalde, waren mijn ouders zo trots. Ze renden op en neer door de straat: ‘John qualified! Yeah! Yeah!’
You said that you find it very much fun to discover cultures and mostly the music. Why is that?
‘Toen ik nog jong was zei mijn vader tegen mij: je hebt eten nodig en water, en je moet slapen, maar je hebt ook muziek nodig. Dus ook toen ik nog jong was, mocht ik al muziek kopen. Ik ben dol op muziek!
Ik reis graag om nieuwe ervaringen te krijgen en meer te leren, ik wil zien hoe mensen leven in andere landen. Ik ben dol op Spanje, daar heb ik een jaar gewoond en ook in Portugal. Op vakantie gaan voor een paar weken vind ik niet genoeg, dat betekent niets voor mij. Ik wil er wonen want dan weet ik pas echt hoe een land is.
Ik heb in Engeland gewoond tot ik ongeveer 27 was, toen ben ik naar Frankrijk gegaan. Op vakantie. Dat heeft me doen realiseren dat Engeland niet het enige land in de wereld is Nederland is wel mijn favoriete land. Ieder land heeft voordelen en nadelen, maar voor mij is Nederland het beste land waar ik heb gewoond. Het is eerlijk, het is vrij, mensen hebben geen honger. Er wordt hier voor je gezorgd. Er zijn ook dingen die ik niet leuk vind. De taal vind ik bijvoorbeeld niks.’
Why didn’t you learn Dutch?
‘Iedereen spreekt Engels! Toen ik nog werkte spraken alle elektriciens Engels, want zij waren ook onderwezen in het Engels. Ik vind het ook moeilijk om de geluiden te maken. Ik heb wel Spaans geleerd, maar nog een taal leren was te veel voor mij.’
What kind of work did you do in London?
‘Ik maakte daar ‘Play Busses’. In Londen kunnen kinderen niet altijd buiten spelen. Daarom worden er bussen gemaakt waarin de kinderen kunnen spelen en eten. Ik vond het leuk om die te maken. Ik kon er erg creatief mee zijn. Instructies had ik niet, ik kon maken wat ik wilde.’
Waar zijn uw kinderen geboren?
‘Mijn oudste kind is geboren in Nederland en de jongste in Londen. Toen mijn eerste dochter ongeveer twee jaar was, zijn we naar Londen verhuisd. Daar hebben we negen jaar gewoond en toen hebben we mijn tweede dochter gekregen. Toen mijn oudste dochter twaalf was zijn we teruggegaan naar Nederland. Mijn dochters spraken toen geen Nederlands, alleen Engels. Mijn jongste heeft 3 of 4 maanden bijna niet gesproken, en toen ineens kon ze goed Nederlands spreken. Ik denk dat hoe jonger je bent, hoe makkelijker het is om een nieuwe taal te leren.
De ene is leraar geworden en de jongste is een tattoo-artiest. Wij spreken Engels met elkaar. Het liefst blijf ik in Nederland want mijn kinderen wonen hier. Als mijn kinderen naar Engeland zouden verhuizen, zou ik mee gaan.’
Which foods to you like the best?
‘Engels eten! Van de landen waar ik naartoe ben geweest vond ik dat Italië het lekkerste eten had. In Frankrijk krijg je een groot bord, maar met maar een heel klein beetje eten. In Italië krijg je stapels en het is erg lekker. In Frankrijk was de lekkerste wijn. Nederlands eten vind ik niet zo lekker.
Toch eet ik vooral Engels eten. Ik ben net na de oorlog geboren, toen er bijna geen eten was. Toch bepalen je jonge jaren wat je de rest van je leven gaat doen. Het vormt je karakter en je gewoonten. Daarom ben ik gewend aan het eten wat ik in die tijd at.
Mijn ex-vrouw is Nederlands en vindt Nederlands eten wel erg lekker. Dat vond ik maar niets. Soms was het moeilijk om te koken voor ons gezin. Want mijn ene dochter was vegetarisch, de andere had een probleem met gluten, en mijn ex-vrouw vond Nederlands eten lekker en ik alleen Engels. Soms aten we wel vier verschillende gerechten.’