‘We zongen Nederlandse liedjes waarvan we de tekst nauwelijks begrepen’


Chanice, Peterson en Aymane vertellen het verhaal van Helen Wijngaard
CuraçaoAmsterdam-Oost

Op vrijdagmiddag zitten Helen Wijngaard, Chanice, Peterson en Aymane aan tafel op het Roc Top aan de Wibautstraat in Amsterdam. Mevrouw Wijngaard heeft een prachtig gekleurde doek mee van toen koningin Juliana en prins Bernhard een koninklijk bezoek brachten aan Suriname. Ze groeide namelijk op in koloniaal Curaçao en Suriname en kwam op 19-jarige leeftijd naar Nederland. Je kan merken dat ze vroeger docente is geweest want ze stelt de studenten op hun gemak en weet een gezellige sfeer te creëren.

Hoe was uw leven op Curaçao?
‘Mijn vader was Surinaams, mijn moeder Curaçaose en thuis spraken wij dus Nederlands en Papiaments. Het kwam veel voor dat men thuis Papiaments of Engels sprak. Toen ik 7 jaar was, ging ik naar de Wilhelminaschool. Bijna alle leraren op school waren Hollands, als je dan toch Papiaments sprak werd je naar het schoolhoofd gestuurd. Je mocht dus absoluut niet je eigen taal spreken! Op school leerden we ook weinig over ons eigen land, alles draaide om Holland. We vierden de Nederlandse feestdagen zoals het Sinterklaasfeest en het Paasfeest, zelfs met paashaas. Als kinderen lazen of hoorden we ook veel over de Hollandse winter, eigenlijk heel gek want in Curaçao en Suriname is er helemaal geen winter zoals we dat in Holland kennen. Als we dan vroeger toch ‘sneeuw’ wilden ervaren, openden we de vriezer en hielden we het ijs tegen onze wangen, ‘kijk, sneeuw!’ riepen we dan.’

Later bent u naar Suriname verhuisd, hoe was om daar te wonen?
‘Ik vond het er veel prettiger dan Curaçao. Ook al was de zee in Curacao blauwer, Suriname had veel meer diversiteit en cultuur! In Suriname zat ik op de kweekschool, en ook daar leerden we bijna alleen maar over de Nederlandse geschiedenis. We zongen Nederlandse liedjes waarvan we de tekst nauwelijks begrepen en vierden de verjaardag van de koningin. Eigenlijk werd de illusie gewekt dat Nederland een paradijs was, maar toen ik daadwerkelijk naar Nederland vertrok was ik in shock. Wij wisten eigenlijk alles over Nederland, maar de Nederlanders wisten niks over Suriname. Eigenlijk ben ik dus pas in Nederland mijn Surinaamse identiteit gaan ontwikkelen. Ik heb bijvoorbeeld hier in Nederland pas Surinaams leren praten. Vanuit Suriname werd dan gezegd: ‘Wat is er met die kinderen gebeurd? Ze zijn vernegerd!’. Nu zou ik niet meer terug willen, ik heb hier zoveel vrijheid. Hier kun je van stad naar stad met de trein of naar het museum, wat je maar wil. Dat is op Curaçao en Suriname wel anders.’

Op uw 19e bent u naar Nederland vertrokken. Was was het grootste verschil tussen Suriname en Nederland?
‘Het weer! Brrrrr, wat vond ik het in Nederland koud. Ik had alleen een linnen broek. We moesten wollen ondergoed dragen, ik vond dat zo erg kriebelen! Dat wel wel even wennen dus, maar eigenlijk moesten de Nederlanders meer wennen aan mij. Het voordeel van het Nederlandse onderwijs op Curaçao en in Suriname was dat mijn diploma’s direct geaccepteerd werden in Nederland. Daardoor was de overgang heel makkelijk en ik sprak natuurlijk de taal. Het enige dat vreemd was, was dat je vaak de enige zwarte juf was op school.’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892