‘We kregen één ei voor een heel gezin, dat was heel speciaal’


Kenean, Safa, Haazhen en Zoë vertellen het verhaal van Ria Bakker
Polanenstraat 2Amsterdam-Noord

Het is prachtig weer, wanneer Kenean, Safa, Haazhen en Zoë worden opgehaald voor een ontmoeting met Ria Faber-Bakker. De kinderen zijn een tikje nerveus en hebben ontzettend serieus tientallen vragen voorbereid. Ze hebben de vragen onderling verdeeld met vrolijke stiften. Gastvrij als mevrouw Bakker is opent ze haar voordeur en lacht ze de kinderen tegemoet. Binnen staan pakjes drinken en snoepjes klaar en het viertal neemt plaats aan de keukentafel. Daar heeft mevrouw Bakker allerlei spulletjes klaar gelegd, uit de oorlog.

Hoe maakten jullie eten tijdens de oorlog?
‘Nou, dat stelde niet veel voor. We kookten op een noodkacheltje. In het laatste oorlogsjaar, tijdens de Hongerwinter, was er geen gas en elektriciteit meer, maar op den duur ook geen kolen meer. Het was verschrikkelijk koud, er was weinig eten en we hadden honger. Daarom gebruikten we dat noodkacheltje. Deze vulden we met kolengruis, dat we vonden langs het spoor; of sprietjes hout, van deuren of omgezaagde bomen. Het duurde een eeuwigheid, dus je moest erg veel geduld hebben. We kookten daarop ui of aardappelen. Heel af en toe gaf mijn moeder ons sardientjes. Of één ei, voor een gezin. Dat was heel speciaal, kan je je dat voorstellen?’

Waar haalden jullie eten vandaan?
‘In de oorlog moest men voedselbonnen gebruiken, omdat er weinig eten was en alles gelijk verdeeld moest worden. Het probleem was alleen dat veel Nederlandse mannen onderdoken omdat ze niet in militaire dienst wilden werken voor de Duitsers. Alleen, voor onderduikers kreeg je uiteraard geen voedselbonnen, want die moesten immers geheim blijven. Daardoor werd alles nog schaarser dan het al was. Om toch een beetje geld te kunnen verdienen, maakten deze mannen lepeltjes van centen. Die verkochten anderen voor hen en zo verdiende de familie iets extra’s. Dit zijn een soort oorlogssouvenirs. Mooi hè?’

Waarom stuurde uw ouders u naar Breda?
‘Na de oorlog waren wij kinderen natuurlijk behoorlijk mager. We kregen weinig voedingsstoffen en vitaminen binnen, omdat we enkel aardappels en ui aten. Om aan te sterken mochten we bij een gezin verblijven in Breda. Daar hebben we het heel goed gehad. We kregen genoeg eten en veel verse groenten. Ik kwam in een gezin terecht met drie jongens, nou, die vonden het reuze interessant, zo’n meisje te logeren…’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892