‘We dachten dat Nederland het land van melk en honing zou zijn’


Ryan, Meridin, Kaylen, Angelino, Alvin vertellen het verhaal van Edith Marfo
GhanaAmsterdam-Zuidoost

Ryan, Meridin, Kaylen, Angelino en Alvin uit groep 7B van OBS Wereldwijs in Amsterdam Zuidoost interviewen mevrouw Edith Marfo. Zij is in Ghana geboren. Voor het interview is ze naar de school gekomen. Haar dochter, Alicia, is er ook bij en de leerlingen hebben ook wat vragen aan haar gesteld. Mevrouw Marfo heeft een tas mee vol met spullen uit Ghana meegenomen.

Wanneer bent u naar Nederland gekomen?
‘Ruim dertig jaar geleden, toen ik 16 was, ben ik met mijn vader en zusje hier naar Nederland gekomen. We gingen op reis om een beter leven te gaan opzoeken. Mijn vader woonde al hier met zijn vrouw. Hij was met een andere vrouw getrouwd. Hij heeft ons vanuit Ghana hier naartoe gebracht. Mijn moeder was overleden in Ghana. Dus door mijn vader ben ik hier gekomen als een jong meisje.’

Hoe was het leven vroeger in Ghana?
‘Ik had het best wel oké. Ik ging naar school. Ik had een zusje en broer, ik was de middelste. Mijn moeder zorgde voor ons. We hadden het niet zwaar of zo. En ja, ik was gewoon een kind. In Ghana heb ik het basisonderwijs afgemaakt. In Ghanees onderwijs heb je primary school, secundary school en high school. Het is net zo’n systeem als in Amerika. Dus ik zat op de secondary school toen ik naar Nederland kwam, dus de middelbare school.’

Hoe waren de eerste jaren in Nederland?
‘We dachten dat Nederland het land van melk en honing zou zijn, maar het was toch echt wel moeilijk. Ik ging wel naar school, maar ik sprak de taal niet. Al die meiden om mee heen spraken een voor mij vreemde taal. Toen ben ik naar een speciale school gegaan om de taal te leren. Daar zat ik met Turkse mensen, Marokkanen, dus dat was heel gemengd, dat was wel prettig, want we verstonden elkaar allemaal niet en moesten allemaal Nederlands leren. We konden alleen in het beetje Nederlands, dat we net hadden geleerd, met elkaar praten. Zo heb ik toch vrienden gemaakt. Toen dat klaar was, was ik al bijna 18. Toen ging ik naar onderwijs voor volwassenen, maar halverwege moest ik stoppen, want er waren problemen met mijn papieren. Toen dat opgelost was,  ging ik verder naar school. Ik heb mijn mbo-diploma gehaald als verzorgende in de gezondheidszorg. Ik kom nu bij mensen thuis. Ik doe de thuiszorg om mensen te verplegen, als ze bijvoorbeeld een operatie hebben gehad in het ziekenhuis.’

Hoe vaak bidden jullie per week?
‘Het is verschillend. We gaan elke zondag naar de kerk. Daarnaast hebben we een gebedsgroep. Bidden kun je zelf bepalen. Je bidt bijvoorbeeld in de ochtend als je gaat eten. Als je gaat slapen. En tussendoor bepaal je zelf wel weer wanneer je bidt. Je bidt wanneer je het gevoel hebt dat je moet bidden. Daar is geen verplichting aan. We zijn christelijk, wij zijn baptisten. Op zondag dragen Ghanese families andere kleding dan door de week, dan zie je de kinti en de hoofddoeken. Op zondag kleden ze zich uitbundig aan.’

In welk land zou je liever willen overlijden in Ghana of in Nederland?
‘Mijn kinderen zijn opgegroeid hier. Als ik overlijd, mogen ze me hier begraven, dan kunnen m’n kinderen bloemetjes komen brengen. Mijn vader had een wens om hem over te brengen, daarom hadden we hem overgebracht naar Ghana voor de begrafenis. Dat kost heel veel geld. We hebben het gedaan. We hebben hem daar in Ghana begraven.’

Gaat u nog wel eens terug naar Ghana?
‘In principe ga ik elke twee jaar naar Ghana. Mijn broer woont nog in Ghana. Hij heeft een baan. Hij heeft kinderen, familie. Hij woont in de hoofdstad, Accra. En als ik daar ben, dan hebben we het gezellig. We praten over van alles en nog wat. Doen we leuke dingen samen. Er zijn ook nog ooms en tantes en oma’s daar. Mijn zusje woont hier in Nederland, zij is verpleegkundige.’

 

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892