‘Toen mijn oma aankwam, werd direct de kleine Helène van haar afgenomen’


Ejona, Emily, James en Marijn vertellen het verhaal van Sheila Meinhardt
woonwagenkamp aan de Zwaaikom

Ejona, Emily, James en Marijn verwelkomen Sheila Meinhardt op hun school De Handreiking in Eindhoven. Ze zijn een beetje zenuwachtig, maar ook erg nieuwsgierig. Mevrouw Meinhardt komt vertellen over haar oma, Maria Steinbach, die geboren is in 1920 in Heerlen. Tijdens de oorlog woonde zij op een woonwagenkamp aan de Zwaaikom van het Eindhovense kanaal. Op 16 mei 1944 werd ze samen met haar dochter Helène van 1 jaar opgepakt door de nazi’s en naar concentratiekamp Auschwitz gebracht. Bij aankomst werd Helène van haar afgepakt en korte tijd later beviel oma van haar zoontje Jozef. Ook hij werd door de nazi’s afgepakt. Beide kinderen zijn vermoord.

Hoe wat het leven voor de oorlog op het woonwagenkamp?
‘Het was een onbezorgd leven. Ze leefden van dag tot dag omdat ze vrij in de natuur konden leven. De Sinti-gemeenschap leeft van kruiden die ze plukken en alles wat de natuur te bieden heeft. Meestal maken ze een vuur en zitten ze er omheen terwijl ze koken, zingen en praten. Vuur is voor de Sinti-gemeenschap heel belangrijk. Voor de oorlog was alles heel ongedwongen. Maar als je terugkijkt, zijn we wel altijd opgejaagd geweest. We waren anders in kleding en gedragingen en leefden in woonwagens. Als je anders bent, word je vaak buitengesloten.’

Hoe zou uw oma zich gevoeld hebben toen ze opgepakt werden?
‘Het was heel vroeg in de ochtend toen de plaatselijke politie van Eindhoven woonwagenkamp de Zwaaikom binnenviel en alle mensen daar oppakten. Dat noemen ze een razzia. De politie heeft daarbij samengewerkt met de Duitse SS. Ze hebben dus samen al lang van tevoren een plan gemaakt om deze mensen in Auschwitz te krijgen.

Mijn oma en alle andere mensen hebben geen tijd gehad om na te denken. Het overviel hen. Ze hadden ook geen tijd om een koffer te pakken. Ze wisten niet waar ze naartoe werden gebracht. Ze zullen zich dus heel erg verdrietig en angstig hebben gevoeld.

Ze zijn naar kamp Westerborg gebracht. En daar hebben ze nog twee of drie dagen gezeten, niet wetende wat er ging gebeuren. Met allemaal mensen om zich heen die ze niet kenden. Van daaruit zijn ze met de trein naar Auschwitz afgevoerd.

Het moet een verschrikkelijke reis geweest zijn. Ze hadden geen eten en drinken en zaten dicht op elkaar gepropt in een gesloten veewagon. Toen ze aankwamen, werd direct de kleine Helène van haar afgenomen. Dat moet heel zwaar geweest zijn voor oma. Ze is direct na de treinreis bevallen. Ook de pasgeboren Jozef, haar baby, werd onmiddellijk van haar afgenomen. De SS’ers zeiden haar: ‘Je ziet er nog goed genoeg uit om te werken’. Toen moest ze stenen slepen in dat kamp. Als je dat kan overwinnen heb je heel veel kracht. Dan ben je heel sterk! Er zijn veel mensen omgekomen door uitputting en ondervoeding.’

Hoe is het verder gegaan met uw oma?
‘Nadat ze tegen het eind van de oorlog nog de ‘Dodenmars’ heeft gelopen, is ze door het Rode Kruis teruggebracht naar Eindhoven. Terug naar de Zwaaikom waar niets meer over was. Alles was ingenomen. Ze heeft alles weer opnieuw moeten opbouwen.

Oma heeft nog elf kinderen gekregen, onder wie mijn vader. Het leven ging door, maar het trauma bleef op de achtergrond doorwerken. Als het oma echt teveel was, ging ze naar een weiland en schreeuwde het uit.’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892