‘Soms stond je uren in de rij voor eten en dan was het op’


Tara, Chenna, Timo en Zahid vertellen het verhaal van Ria Bakker
PolanenstraatAmsterdam-Noord

De moeder van Zahid bracht Tara, Chenna, Timo en Zahid van de Amsterdamse Twiskeschool snel even met de auto naar de flat waar Ria Bakker woont. Zo hoefden ze niks van de gymles te missen. De kinderen hadden ieder een paar vragen voorbereid maar tijdens het interview bedachten ze steeds nieuwe vragen. Het was een gezellige, interessante ochtend, waarbij ook de moeder van Zahid veel hoorde wat ze nog niet eerder wist.

Wat deed u tijdens de oorlog om u te vermaken?
‘Heel weinig. Spelen met het weinige speelgoed dat we hadden. Ik weet nog dat mijn zus voor haar verjaardag twee jaar achterelkaar hetzelfde kreeg. Daar speelden we dan gewoon mee. Dat werd dan weer netjes ingepakt want er was gewoon niks. En ’s avonds vroeg naar bed, want het was koud.’

Wat had u te eten in de Hongerwinter?
‘Er was hier in het westen heel weinig eten. Mijn vader was geboren in Friesland. Hij fietste weleens vanuit Amsterdam over de Afsluitdijk naar Friesland want daar woonde nog wat familie. Mijn vader was dan vaak wel dagen weg. Hij haalde daar aardappels en uien, en die aten we dan.

Ik kan me nog wel een keer herinneren dat ie op terugweg werd gewaarschuwd dat Duitsers bij de Hemwegpont een controle hielden. Die pakten dan alles af wat de mensen net verzameld hadden. Toen is mijn vader weer helemaal teruggefietst en bij IJmuiden over de sluizen het water overgestoken om zo de controle te ontlopen. Mijn moeder en mijn zus en ik hebben hem de trap op moeten helpen want hij kon niet meer van vermoeidheid.

Iedereen kreeg bonkaarten van de Duitse bezetters waar je eten mee kon kopen. Boter of suiker en soms ook brood. Maar stel je daar niet teveel bij voor hoor, want het brood smaakte meer naar gebakken klei. Soms stond je uren in de rij en dan was het op… had je voor niks in de rij gestaan. Ik weet nog dat ik een keer ’s morgens vroeg om een uur of vijf wakker werd van de honger en dat mijn moeder zei: ga nog maar slapen kind, want als ik je nu wat geef dan heb je straks niks meer, en de dag duurt nog lang.

Eigenlijk aten we bijna de hele oorlog aardappels met uien en daarover, zoals we dat in Amsterdam zeiden, jus van de Haarlemmerweg. Die jus noemden we zo omdat aan het eind van de Haarlemmerweg de Maggiefabriek stond. Het was gewoon water met een klein beetje Maggie erin.

Hoe kon je dan die aardappelen koken, er waren toch geen gas of kolen?
‘Nou, dat zal ik je vertellen. Wij hadden een noodkacheltje. Hieronder werden stukjes hout gelegd van bijvoorbeeld tuinhekken of kastplanken. Bomen werden zelfs gekapt voor hout. En daar werd dan het eten op gekookt. Je moest wel veel geduld hebben hoor, want het was maar een klein vlammetje.’

Hoe heeft u het gevierd toen de oorlog voorbij was?
Toen het 5 mei 1945 was en de oorlog was afgelopen, was iedereen gek van vreugde! Overal op straat werden feestjes georganiseerd met niks, want er was niks. Maar het feit dat je vrij op straat kan lopen, dat je elkaar kon ontmoeten, dat je het Wilhelmus kon zingen, dat je de vlag uit mocht hangen, nou het was een geweldig feest.’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892