‘Onze hond bleek te klein voor de mijnen.’


Catherine (11), Thijs (11) en Timothy (12) vertellen het verhaal van Netty Plukker was 16 jaar toen de oorlog begon
Koetlaan 10Scheveningen

Netty Plukker, geboren in 1924, woont tijdens het begin van de oorlog in de Vogelwijk, samen met haar ouders, zusje, een hond en een kat. In januari 1942 wordt de wijk geëvacueerd door de aanleg van de Atlantikwall. Het gezin Plukker trekt bij twee tantes in, die ook een hond en kat hebben.

Hoe was het om uw huis te verlaten?
Het ging allemaal heel vlug. Er was geen tijd om je spullen rustig in te pakken. Ik was zelf niet thuis, ik zat op de Kweekschool. Mijn ouders namen mee wat ze konden dragen. Veel van onze spullen bleven achter. Na mijn schooldag hoorde ik dat we bij de tantes moesten intrekken. Het was ontzettend krap, met 6 mensen en 4 dieren. Maar nood breekt wet. Na afloop van de oorlog vonden we onze huisraad terug in de bunkers van de Kwartellaan. De Duitsers hadden blijkbaar onze spullen daar naartoe verplaatst.

Wat deed u zoal tijdens de oorlog?
Thuisblijven, thuisblijven, thuisblijven. En de dag vullen met niets doen. Het heilige moeten. Ik las wat en praatte met de familie. Er was geen gezelligheid meer, geen clubjes, geen sport. Ik wilde ook geen energie verspillen. Altijd vroeg naar bed, weinig lopen of fietsen, want er was niet genoeg te eten. Wel dacht ik de hele dag aan eten. Ook mijn hond had honger, die kreeg alleen soms wat aardappelschillen. De man van wie we onze hond ooit kochten, bleek een NSB’er. Hij had daarom meer eten in huis. We hebben hem gevraagd de hond weer terug te nemen, zodat het beest weer wat te eten zou krijgen. Met pijn in ons hart, maar beter voor de hond.
Eerder hadden we een bevel van de Duitsers gekregen, dat we onze hond moesten inleveren. Honden werden gebruikt om over mijnen te lopen. We liepen met onze hond helemaal naar het Bezuidenhout, waar de registratie plaatsvond. Dat was natuurlijk vreselijk. Maar vlak voordat we er waren, kwamen wat jongens naar ons toe met een klein hondje. Ze hadden een slimme truc! We ruilden onze grote hond voor het kleintje, gingen met ons bevel naar de registratie en kregen een stempel: ‘onze’ hond bleek te klein voor de mijnen! Eenmaal buiten kregen we onze eigen grote hond weer terug en konden we met z’n allen naar huis.

Hoe was de bevrijding?
Het verschil tussen leven in oorlog en leven in vrijheid is bijna niet te beschrijven. Bij de eerste berichten dat ons land bevrijd was, gingen we naar buiten. Het was nog niet helemaal zeker, maar de vreugde was groter dan de angst. We waren vrij! We mochten weer doen wat we zelf wilden. Ik zag mijn vrienden weer, we hadden dansfeesten op het Goudenregenplein en we mochten weer naar zee. En er kwam meer eten, zoals het Zweeds Wittebrood. Dat zal ik nooit vergeten. Het smaakte zo lekker, het leek wel cake.

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892