‘Onderweg zijn is soms het leukst’


Lucas, Amin, Gerencio, Chris vertellen het verhaal van Simten Kalayci
IstanbulAmsterdam-West

Lucas, Amin, Gerencio en Chris uit groep 8 van de Admiraal de Ruyterschool in Amsterdam West interviewen op hun eigen school mevrouw Simten Kalayci. Voordat de jongens vragen stellen, vraagt mevouw Kalayci of de kinderen weten hoe we mensen noemen, die vanuit een ander land naar Nederland zijn verhuisd. De jongens knikken enthousiast en noemen verschillende termen als gastarbeiders en vluchtelingen tot ze op het begrip immigranten komen.

Hoe was uw jeugd in Istanbul?
Ik ben nu vijfendertig jaar in Nederland en woon hier langer dan dat ik in Istanbul heb gewoond. Ik kom oorspronkelijk uit een stad vlakbij de grens van Iran. Tot mijn twaalfde woonde ik daar met mijn ouders, zusje en broertje. Ik ben de oudste. We gingen naar de basisschool en hadden schooluniformen. Verder speelde we veel buiten. We waren een echt middenklas gezin. Niet rijk en niet arm. Toen ik twaalf was kreeg mijn vader een nieuwe baan in Istanbul en zijn we met zijn alle verhuisd van de ene op de andere dag.’

Vond u het leuk in Istanbul?
Ik zat in het eerste jaar van de middelbare school en had natuurlijk een klas en vriendinnen die ik ineens achter moest laten. Als je van het platteland naar de stad komt, vinden mensen je natuurlijk een beetje apart. Het eerste wat ons opviel in de stad was het gebrek aan kinderen op straat. Nergens speelde kinderen totdat we een speeltuin vonden, waar ik mijn broertje en zusje vaak heb heengebracht.’
Ook lieten we onze familie achter. We zijn alleen met ons gezin verhuisd en ik ben ook nooit meer teruggegaan. Uiteindelijk wen je aan de nieuwe situatie en maak je weer nieuwe vrienden.’

Waarom bent u naar Nederland gekomen?
Voor de liefde. Ik heb mij middelbare school afgemaakt en heb toen de opleiding dierengeneeskunde gestudeerd. Tijdens een lezing ontmoete ik mijn partner en ben ik met hem mee naar Nederland gegaan. Ik vond het heel lastig om de taal te leren. Dat vind ik nog steeds lastig. Het is een moeilijke taal. Ik heb anderhalf jaar een cursus gevolgd en wou daarna verder met mijn diploma als dierenarts. Alleen was mijn diploma niet relevant in Nederland en moest ik de opleiding opnieuw doen. Daar had ik niet zo’n zin in en ben ik iets anders gaan studeren. Toen ben ik opvoedkunde gaan studeren, een beroep waarbij ik ouders help met het opvoeden van hun kinderen.’

Wat vond uw familie ervan dat u wegging?
Mijn zus had al een eigen gezin met kinderen, dus die had het niet meer zo door. Ik denk dat mijn moeder en broertje het meest moeite hadden met mijn vertrek. Nog steeds. Mijn moeder noemde het een amputatie van haar eigen lichaam dat ik zomaar weggegaan ben. Ik ga nog vaak genoeg terug. Wat dat betreft ben ik heel slecht voor het milieu, want ik vlieg wel meer dan twee of drie keer per jaar terug naar Istanbul.’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892