‘Nadat de frater ons had geslagen, waste hij zijn handen, alsof we vies waren’
Syahir, Jesse, en Arend vertellen het verhaal van Howard Reep
Curaçao
Syahir, Jesse, en Arend mogen Howard Reep ontvangen in de directeurskamer van basisschool ’t Karregat in Eindhoven. Ze hebben de ruimte een beetje huiselijk gemaakt. Zodra hij binnenkomt, wordt er meteen een grote kop koffie voor hem gehaald. Meneer Reep, die op 18-jarige leeftijd naar Nederland kwam vanuit Curaçao, is goed voorbereid. Hij heeft een tas bij zich met een groot boek over Curaçao en een print waarop te zien is hoe de tot slaaf gemaakten opeengepakt zaten op de boot.
Hoe was het op school voor u?
‘Ik ging niet graag naar school. De fraters uit Tilburg die het onderwijs verzorgden, waren erg streng. Als we iets verkeerds deden, kregen we een harde draai om onze oren. Daarna ging de onderwijzer zijn handen wassen, alsof wij vies waren.
We moesten ook op onze knieën wachten voordat we straf kregen. Dat deed veel pijn na een uur. Daarna moesten we kiezen of we met een touw of een stok gestraft wilden worden. Ik zag dit vaak gebeuren en besloot dat dit mij nooit zou overkomen. Daarom vluchtte ik geregeld naar huis. Die beelden zitten nog steeds in mijn hoofd, vooral van een frater met rode haren, die me deed denken aan een duivel. Eén van hen was wel aardig.
Ondanks alles kon ik goed leren. Zelfs als ik weken weg was, haalde ik alles snel in. Ik ben maar één dag naar de kleuterschool geweest, omdat ik liever bij mijn ouders wilde blijven.’
Hoe was het om in Nederland aan te komen?
‘Ik wilde bouwkunde studeren en er was een mogelijkheid om een beurs aan te vragen. Om in aanmerking te komen, moest je een psychologische test doen om te bepalen of je zelfstandig genoeg was. Een hele groep deed een verzoek, maar ik was de enige die de beurs kreeg. Toen ik naar Nederland kwam, was ik 18 jaar.
Ik vond het vreemd dat Nederlanders ook langs de weg werkten, dat zag je niet op Curaçao. Ook was ik niet bekend met het concept van discriminatie. Toen ik uit wilde gaan, ontdekte ik dat ik vaak nergens naar binnen mocht. Men zei dat het privé was of dat het te vol was. Ik begreep toen nog niet dat dit discriminatie was, maar later werd mij verteld dat het om mijn donkere huidskleur ging. Er waren wel plekken waar ik wel naar binnen mocht. In Roermond bijvoorbeeld, waar een donkere man draaide, mochten we wel naar binnen. Maar in Eindhoven mochten we niet naar binnen.’
Wat is het verschil tussen Nederlands en Papiamento?
‘We moesten dezelfde leerstof bestuderen als in Nederland, maar ik sprak de taal nog niet. Thuis spraken we Papiaments, wat op school streng verboden was omdat men beweerde dat het geen echte taal was.
Beleefdheid en respect zijn belangrijk in de Papiamentse cultuur. We kennen geen onderscheid tussen ‘hij’ en ‘zij’ – alles is ‘hij’. Ook kennen we geen formele ‘u’. We hebben veel respect voor oudere mensen. Ik ben verbaasd dat kinderen in Nederland ‘jij’ tegen hun ouders zeggen. Ik zou nooit ‘mijn vrouw’ zeggen, omdat dat overkomt als ‘mijn wijf’. Er zijn veel dingen die anders zijn in onze cultuur.
Papiaments is een taal die door de slaven is ontwikkeld en we zijn het enige gebied met onze eigen taal. Daar ben ik trots op. In andere gebieden spreken ze vooral de taal van hun overheersers.’
Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.