‘Naast ons woonden Duitsers’


Tarik, Youri, Bo, Kyra vertellen het verhaal van Jan Jansen
Zijkanaal H-wegAmsterdam-Noord

Jan Jansen heeft foto’s en een knijpkat meegenomen naar de Twiskeschool in Amsterdam-Noord. Tarik, Youri, Bo en Kyra zitten al klaar voor het interview. Meneer Jansen vertelt dat hij in de oorlog in Tuindorp-Oostzaan woonde, op een terrein waar ook Duitsers zaten. Hij was nog maar een baby toen de oorlog uitbrak. ‘Ja’, zegt ie, ‘dan weet je nog niet zoveel hè… Maar ik heb wel verhalen gehoord van mijn zusters en ouders.’

Met hoeveel mensen woonde u in een huis?
‘We kwamen uit een groot gezin: met vader en moeder erbij waren we met twaalf mensen. Wij woonden in een huis dat eigenlijk van het leger was. Het stond op een terrein waar ook munitiemagazijnen waren. Er omheen stond een groot hek. Je mocht er niet zomaar in, je moest eerst op een belletje drukken.’

Heeft u meegemaakt dat de Duitsers bij u binnen kwamen?
‘Dat gebeurde zeker, want er woonden Duitsers in het huis naast ons. Dat hadden ze ingenomen en zij moesten het terrein bewaken. Soms kwamen ze dan bij ons thuis. Die jongens namen me gezellig op schoot. Ik was nog maar een peutertje en vond dat best leuk. We hebben dus nooit last van ze gehad. We werden eerder door hen beschermd.’

Hoe verliep de oorlog voor uw ouders?
‘Bij ooms en tantes van mij zaten Joodse mensen ondergedoken, maar vanwege de Duitsers naast ons kon dat bij ons niet. Mijn ouders hadden wel zorgen. Er was weinig te eten, maar wij hadden wel het geluk dat we een tuintje hadden met aardappelen en sla. Mijn oudere zuster hoorde op een dag dat mensen hun geweren moesten inleveren. Mijn vader had twee jachtgeweren. Ze is toen naar het kanaal gelopen en heeft ze in het water gegooid. Mijn vader was helemaal niet blij toen hij dat ontdekte, maar wat denken jullie? Op een dag ging hij vissen en heeft hij ze teruggevonden. Hij heeft ze toen alsnog ingeleverd. Dat was natuurlijk best spannend. Radio’s waren ook verboden, maar daar hadden we wel een oplossing voor. Mijn vader verstopte de radio in een berg vuile luiers. Die waren vroeger van stof en werden gewassen. Je kunt je voorstellen dat die soldaten heel snel doorliepen als ze die poepluiers tegenkwamen.’

Hoe was de bevrijding?
‘De lucht was vol met vliegtuigen die laag overvlogen en bij ons in de buurt voedselpakketten dropten. Zo’n pakket moest je inleveren bij een verzamelpunt. En daar werd het eten verdeeld. Chocoladerepen, blikken vlees uit Amerika…dat was natuurlijk heel bijzonder. Pas later werden de kleine kruideniers weer bevoorraad. Die Duitse jongens naast ons hadden het zo fijn bij ons gehad, dat ze huilden toen ze weer weg moesten.’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892