‘Na spertijd met broertje op zoek naar vader’


Juliette (10 jaar), Elisa (11 jaar), Jayden (11 jaar) en Storm (12 jaar) vertellen het verhaal van Theo Tielenburg 6 jaar toen de oorlog begon
Zwanenburgerstraat 5-III

We zouden Theo Tielenburg interviewen, maar vanwege gezondheidsproblemen moest hij afzeggen. Daarom kwam zijn zoon Milco Tielenburg, die met ons het verhaal van zijn vader heeft gedeeld.
Theo Tielenburg woonde in de buurt van het Waterlooplein, waar hij voor de oorlog veel familieleden had. Hij was de oudste van vier kinderen, waarvan één broertje tijdens de oorlog is geboren.

Wat deed uw vader in de oorlog?
‘Mijn vader ging naar de joodse school op het Waterlooplein, hij had een Joodse moeder, maar zijn vader was niet Joods. Ze hoefden, uiteindelijk, niet naar een kamp. Mijn vader, die nog op een joodse school zat, moest wel naar een andere school. Hij is toen hier naar de Oude Schansschool gegaan.’

Heeft zijn familie de oorlog overleefd?
‘Nou eigenlijk niet. Je had vroeger een speeltuin, waar de Stopera is. Daar speelde mijn vader ook heel veel. Precies aan de andere kant van de weg, ook op het Waterlooplein, daar woonden zijn oma en opa. Mijn vader was altijd gewend, als hij in het speeltuintje speelde, dat opa of oma even uit het raam hing om te kijken wat Theo allemaal aan het doen was. Op een dag ging mijn vader weer naar het speeltuintje en zag hij dat zijn opa en oma niet meer uit het raam hingen. Hij ging naar het huis en daar vertelde een van de buren, dat ze ’s nachts tijdens een razzia waren weggehaald. Mijn vader moest toen zijn moeder vertellen dat opa en oma er niet meer waren.
Ze werden afgevoerd naar Westerbork. Uiteindelijk zijn ze op transport gesteld naar Sobibor en daar zijn ze op 21 mei 1943, direct na aankomst, vermoord. Mijn vader heeft het altijd als een gemis ervaren, want het waren natuurlijk niet alleen zijn opa en oma, maar ook ooms en tantes, neefjes, nichtjes, vriendjes. Eigenlijk iedereen, waar hij in die directe omgeving van het Waterlooplein contact mee had miste hij na de oorlog.’

Was uw vader bang tijdens de oorlog?
‘Mijn vader was wel bang in de oorlog, ja. Tijdens een razzia op het Waterlooplein is zijn moeder opgepakt. Ze is via de Hollandsche Schouwburg uiteindelijk ook in Westerbork terechtgekomen. Dat was voordat het duidelijk werd wat de regels voor gemengd gehuwden waren. Zijn vader zat op dat moment ergens ondergedoken. Het was Spertijd, als het donker werd mocht je niet meer naar buiten toe en alle lichten moesten uit. Uiteindelijk is mijn vader ’s avonds, met zijn broertje, naar het Sint Jakob gegaan, dat zit op de Plantage Middenlaan tegenover Artis en daar is hij zijn vader gaan opzoeken met de mededeling dat zijn moeder overdag was opgepakt en afgevoerd. Zijn vader is toen naar Westerbork gegaan met het verhaal dat het een gemengd huwelijk betrof en hij heeft er voor gezorgd dat ze naar huis mocht. Mijn vader, die toen pas acht jaar was, heeft in die periode, samen met zijn broertje van een paar weken oud, alleen thuis gezeten.’

Heeft uw vader ook onderduikers gehad?
‘Nee, mijn vader heeft zelf wel een tijdje ondergedoken gezeten. Dat was in het begin van de oorlog toen mijn vader ook een ster moest dragen. Toen er een razzia in de buurt was besloten zijn ouders dat hij moest onderduiken bij vrienden die op de Geldersekade woonden. Toen duidelijk werd dat kinderen van gemengd gehuwden niet werden weggehaald, ging hij terug naar huis.’

foto’s: Marieke Baljé

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892