‘Mijn vader vluchtte de bossen in en ontkwam’


Alae, Jayden, Zulan, Nevayah vertellen het verhaal van Carolien van den Berg
Amsterdam-Zuidoost

Alae, Jayden, Zulan en Nevayah  van Basischool Wereldwijs gaan Carolien van den Berg interviewen. Het welkom was hartelijk en haar verhaal zo boeiend, dat de leerlingen vanaf de eerste minuut aan haar lippen hingen; een uur en een kwartier lang.

Hoe kon het dat uw Joodse vader de oorlog overleefde?
Bob, mijn vader was 17 toen de oorlog begon en werkte bij de regenjassenfabriek Hollandia Kattenburg in Amsterdam Noord. Omdat ze daar in de oorlog militaire kostuums voor de Duitsers moesten maken, kreeg hij een ‘sper’ in zijn paspoort. Met een sper werd je als Jood met rust gelaten en werd je niet opgepakt. Op 11 november 1942 kwam er toch een grote razzia in de fabriek en werd mijn vader met 800 anderen op de trein naar Westerbork gezet. Hij zat in een coupé met zeven anderen. Hij wist van de verhalen van de gevluchte, Joodse, Duitse kostgangers die bij hun thuis woonden. Ook dat Joden in Duitsland werden mishandeld en zijn conclusie was dat hij dat hij ontsnappen moest! Zodra de trein wat langzamer ging, kroop hij door het raampje en sprong naar buiten. Hij viel zo met zijn hoofd op de rails en bloedde heel erg. De trein werd meteen stopgezet en mijn vader moest rennen voor zijn leven terwijl er op hem geschoten werd, maar hij vluchtte de bossen in en ontkwam. Hij wist niet waar hij heen moest en kreeg hulp van de  seinmeester bij het station. Daarna ging hij terug naar Amsterdam. Ook dat was gevaarlijk. Hij zat naast een officier (van het verzet) en als er een controle was, groetten ze zo van: Heil, Heil’ en zo kwamen ze veilig in Amsterdam aan. Thuis aangekomen, was zijn moeder er niet. Ze was gewaarschuwd en ook ondergedoken.’

Vond uw vader weer werk toen hij terug was?
‘Ja maar niet in Amsterdam, daar was het te gevaarlijk voor Joden. Met een vervalst persoonsbewijs meldde hij zich om in Duitsland tewerk gesteld te worden. Wie bedenkt dat nou? Als Jood met een vals niet-Joods-paspoort naar Duitsland gaan, naar het hol van de leeuw. Hij ging er in een machinefabriek werken. Hij schreef soms een brief naar zijn moeder in de onderduik en door die brieven zijn ze mijn oma én later ook mijn vader op het spoor gekomen. Mijn oma is vermoord in een gaskamer. Mijn vader had bloedvergiftiging, maar mocht wel naar het ziekenhuis. Daardoor kreeg hij de kans om te ontsnappen. Hij ging naar vrienden in Baden Baden. Hij zat naast een Duitse officier in de trein en verzon een verhaal waarom hij geen koffer bij zich had. Vertelde dat hij door een bombardement gewond geraakt was. Als de controleur langskwam deden ze de Hitler-groet en werd er niet gecontroleerd.’

Wat deed uw vader toen de oorlog afgelopen was?
‘Na de oorlog ging hij terug naar Amsterdam, naar de woning in de Waalstraat waar hij met zijn moeder en de kostgangers had gewoond. Andere mensen deden open en zeiden dat het huis van hun was. Hij zag het tafelkleed van zijn moeder op tafel liggen en de vrouw die de deur opendeed had het pak van mijn oom Jo aan, maar was vermaakt tot vrouwenkleren. Mijn vader schrok en wist toen dat zijn moeder er niet was en is meteen weggegaan. Pas een paar jaar later via het Rode Kruis heeft hij gehoord wat er met zijn moeder, met  Jo en zijn vrouw gebeurd was. Ze zijn alle drie vermoord.’

 Waarom vertelt u het verhaal van uw vader?
‘Veel familie van mij heeft de oorlog niet overleefd. Mijn vader wilde daar nooit over praten, maar schreef wel een boek over zijn leven in de oorlogsjaren. Het lijkt net een avonturenroman zoveel risico’s als hij nam en zoveel keren hij ontsnappen kon. Omdat er in de familie niet gepraat werd over de oorlog wisten mijn kinderen ook heel weinig over mijn familie. Op een dag kreeg ik onverwacht een erfenis van drieduizend euro.  Van oom Jo. Mijn dochter had nog nooit van hem gehoord en zei: ‘wie the *@# is oom Jo????’ Toen besloot ik van het geld een voorstelling te maken over het verhaal van mijn vader en zijn familie. Die heet ook zo: ‘Wie the f*@#  is oom Jo?’ Nu weten mijn kinderen ook wie oom Jo was.’

 

 

 

 

 

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892