‘Mijn pleegouders hadden me wel willen houden’


Olaf en Marijn vertellen het verhaal van Rudolph Boshuizen
Amsterdam-Zuid

Olaf en Marijn van de Derde Daltonschool in Amsterdam-Zuid lopen, of beter gezegd rennen in het zonnetje naar het huis van Rudolph Boshuizen. Zodra de deur opengaat ruiken ze het al: versgebakken appeltaart! Al heel snel zijn de bordjes leeg en is er alle ruimte om hem vragen te stellen. Meneer Boshuizen was één jaar toen de oorlog begon.

Welke herinneringen heeft u aan de oorlog?
‘Ik was nog te jong om mij het begin van de oorlog te herinneren. Ik weet alleen dat we niet lekker aten: gekookte grauwe erwten of hele vieze hutspot uit de gaarkeuken. Maar ik herinner me wel een belangrijke gebeurtenis toen ik net 6 jaar was. In februari 1944 werd ik plotseling door een van mijn broers in een karretje gezet. Ze brachten me naar de achterkant van het Centraal Station. Daar lag een schuit, een platbodem met een open laadluik, en ik moest dat donkere gat in. Ik was heel bang, het was één grote donkere ruimte en ik zag niets. Aan beide kanten was stro met paardendekens erop. We hebben zeven nachten gevaren. Alleen ‘s nachts voeren we omdat het overdag te gevaarlijk was. Ik was bang want zag niets, ook de andere kinderen kon ik niet zien in het donker en ik was zomaar weg van thuis zonder te weten waar we naartoe gingen. We mochten elke nacht één keer kort op het dek om lucht te ademen en te plassen.’

Waar ging de schuit naartoe?
Na zeven dagen kwamen we aan in Lemmer en zijn we doorgereisd naar Coevorden, een plaatsje onderin Drenthe. Na een nachtje in een school bij de kerk kregen we een touwtje om onze nek met een kartonnetje eraan met onze namen erop. We moesten in de rij staan. Ik werd meegenomen door vreemde mensen, ze heetten Roddenhof, die in dezelfde straat woonden. Bij mijn pleegouders bleef ik een half jaar. Ze waren heel aardig en ik kreeg genoeg te eten.’

Wat herinnert u zich nog uit die periode?
‘Mijn pleegvader was timmerman en ik mocht altijd mee naar de werkplaats. Ik weet nog precies hoe het daar rook naar al die houtkrullen die van de schaafmachine kwamen. Ik zat daar dan te kijken hoe mijn pleegvader van alles maakte, waaronder mooie puzzeltjes die ik in elkaar kon zetten. Ook had hij een houten geweertje voor mij gemaakt. Met een zwart jasje en dat geweertje over mijn schouder ging ik in het straatje bij alle mensen langs. ‘Ik kom eten vorderen’, zei ik dan en dat vonden ze leuk, zo’n klein jochie uit Amsterdam dat met een geweertje rondliep. Ik kreeg dan een appel of een stukje brood.’

Heeft u ook vervelende dingen meegemaakt?
Mijn pleegvader had ook een varkensstalletje getimmerd. Daarin zat een biggetje waar ik elke dag even naartoe ging en dan praatte ik tegen hem. Ik dacht dat ze hem voor mij hadden gekocht. Het biggetje werd steeds groter en groter en op een dag toen ik thuis kwam stond de slager van het dorp bij ons in de tuin. Ze schoten het varkentje dood. Het was natuurlijk goed dat er in die tijd van honger weer voor veel mensen eten was, maar voor mij was het wel heel erg schrikken want ik praatte steeds met hem. Ik was er lang ontdaan over.’

Hoe was de bevrijding?
‘De bevrijding was in Coevorden al in april. Ik liep samen met mijn pleegvader op straat en ineens zie ik heel veel jeeps met Canadese soldaten die ons bevrijd hadden. Er kwamen een paar soldaten op ons af en ze gaven mijn pleegvader sigaretten en chocola. Ik kreeg ook een stukje van de chocola en het was de eerste keer in mijn leven dat ik dat at. Als ik mijn ogen dichtdoe, dan proef ik nog steeds de smaak van dat eerste stukje chocola.

Begin september kwamen mijn vader en moeder me ophalen. Ik was zo gewend bij mijn pleegouders dat ik helemaal niet weg wilde. Mijn pleegouders hadden me ook wel willen houden. Ik moest heel erg wennen om weer thuis te zijn. In de kamer zag ik mijn vader en moeder aan tafel en mijn broers spelen. Ik keek naar ze en dacht: ik ken ze helemaal niet, wie zijn dat eigenlijk?’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892