Oorlog in mijn Buurt
‘Er is nog nooit zo hard gebeden als daar in die kelder’
Melinda, Otte, Pim ontmoeten Lies Vogels-Staal
Ben en Milou hebben in hun school, Het Karregat in Eindhoven, een interview met Qabul Salah. Ze is 53 jaar en geboren in Somalië. De kinderen hadden haar verhaal al gehoord tijdens een gastles op hun school, waardoor het ze moeilijk leek om nieuwe vragen te bedenken voor het interview. Toch is het gelukt! Ze vinden het leuk om in de directeurskamer te zitten als echte journalisten.
Wat is uw mooiste herinnering aan Somalië?
‘Als kind heb je een zorgeloos leven. We speelden als kleine kinderen met stenen, touw en knikkers in plaats van met speelgoed. De feestdagen, zoals het Suikerfeest, waren erg leuk in Somalië. Ik kreeg nieuwe kleren en kon niet wachten tot het feest begon.
Ik ging naar school en in het weekend gingen we met familie naar zee, op vakantie of naar het theater. Soms bezochten we andere familieleden. Het was een warme en gezellige tijd. Somalië was een prachtig land. Mijn kindertijd was de mooiste periode in mijn leven.’
Waardoor kwam de oorlog?
‘Mensen waren ontevreden over het systeem en wilden verandering. Hierdoor ontstond er onrust en een verlangen naar een nieuwe president.’
Hoe vond u het om te vluchten naar Jemen?
‘Het is spannend om je land te verlaten en naar een land te gaan dat je niet kent. Maar uiteindelijk wist ik dat het moest. Ik wist dat dit goed zou zijn voor mijn toekomst. Blijven was geen optie want Somalië was niet meer veilig. Het was een oorlogsgebied, waar mensen werden vermoord of meisjes zomaar verdwenen.’
Hoe bent u naar Jemen gevlucht?
‘Eerst met de bus, en daarna stapte ik op een kleine boot, samen met zo’n veertig mensen. De boot was 5 bij 6 meter. Drie dagen zaten we op zee en dronken we alleen water en aten droog voedsel. We zaten erg krap op elkaar. Het was niet fijn en ik kon niet slapen, ik leefde in angst die dagen.’
Waarom nam u uw familie niet mee?
‘Het was moeilijk. Ik was alleen naar Jemen gegaan omdat ik mijn ouders en broer in de oorlog had verloren. Vluchten met familie was onmogelijk, zelfs alleen het land uitkomen was al een enorme uitdaging. Ik moest voor mezelf kiezen en vertrekken.’
U kwam uiteindelijk naar Nederland. Had u ooit over Nederland gehoord toen u klein was?
‘Nee, ik had nooit van Nederland gehoord, wel van andere buurlanden. Ik koos voor Nederland omdat ik een neef hier heb wonen. Ik wilde naar een land waar ik al mensen kende.’
Wanneer voelde u zich thuis in Nederland?
‘In het begin was het moeilijk, het was vooral wennen in het asielzoekerscentrum. Het zijn grote gebouwen. Je hebt een kleine kamer die je moet delen met vijf mensen, een bed en een metalen kast voor je kleren. Je krijgt drie maaltijden per dag. Na zes maanden mag je naar een ander centrum en krijg je wat zakgeld. Per week kregen we een klein bedrag waarmee we zelf maaltijden konden koken of kopen. Het was niet makkelijk om in een azc te wonen, je bent constant binnen en er is weinig te doen. Ik verveelde me vaak, dus ging ik actief op zoek naar wie ik kon helpen. Zo heb ik mensen geholpen met tolken en heb ik veel geleerd.
Nu, na jaren in Nederland en met een eigen huis, voel ik me hier echt thuis.’
Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.