‘In dienst heb ik alleen maar aan auto’s gesleuteld’


Quinten, Oliver, Safwan, Nawwar vertellen het verhaal van Thomas Kho
Papoea Nieuw GuineaAmsterdam-West

Quinten, Oliver, Safwan en Nawwar uit groep 7 van de Admiraal de Ruyterschool in Amsterdam-West hebben flink wat vragen voorbereid voor het interview dat met meneer Thomas Kho.  Maar die vragen zijn bijna niet nodig, omdat meneer Kho zo makkelijk praat. Quinten heeft een Indonesische vader. Dat schept een band.

Hoe hebben uw vader en moeder elkaar leren kennen?
Mijn vader kwam uit China en ging met de boot naar Indonesië. Zoals zoveel Chinezen in die tijd, ze waren op zoek naar inkomsten. Ze kwamen in een korte broek, een T-shirt en een matje. Dat was het enige dat ze meenamen. Uiteindelijk kwam hij terecht in Papoea Nieuw-Guinea. Daar, in een dorp, begon hij aan zijn tweede leven. Je moet je ook welkom voelen natuurlijk. Daarom zei de hoofdman van de Papoea’s: ‘Als je met een van onze kinderen trouwt, mag je blijven.’  Dat deed hij en uit die verbintenis kwam ik voort. Ik ben de jongste, ik heb nog drie broers en drie zussen. Mijn vader begon een winkeltje in dat dorp. Maar het was oorlog en de Japanners vielen het land binnen. Ze hebben onze boerderij helemaal leeggeplunderd. Toen ik vijf was, vluchtten we naar Biak.’

Hoe bent u opgevoed?
Als kind ben ik weggegeven, omdat mijn moeder geen melk had. Ze had al zes kinderen grootgebracht. De zusters zeiden dat ik dood zou gaan, omdat ik zo mager was. Je leven was geen cent waard in de oorlog. Van gemalen rijstbloem maakten ze melk. Dat gaven ze me met een watje, langzaam, langzaam. Zo groeide ik op. Daarna kwamen de Amerikanen met een overvloed aan eten. Ze versloegen de Japanners in drie weken. Mijn vaders zaak liep toen goed, het werd drukker en drukker. Hij had winkels in heel Biak. We waren gezegend. Ik ben tot de dag van vandaag nooit eten te kort gekomen. Mijn ouders waren altijd goed voor hun medemens. Mijn moeder gaf altijd eten aan arme mensen.’

Wat maakt het leven zo moeilijk in Nederland na de Tweede Wereldoorlog?
De Japanners en de Indonesiërs zorgden daarvoor. In 1942 kwamen de Japanners naar Indonesië. De Molukkers waren in dienst van de KNIL en die moesten na de oorlog allemaal vertrekken uit Indonesië. Molukkers werden hier in barakken geplaatst. Ze voelen zich in de maling genomen. Nederland zei dat ze een half jaar mochten blijven en daarna zouden ze weer teruggaan. Maar ze kunnen niet terug want president Soekarno heeft de Molukken bezet. De Molukken wilden eigenlijk onafhankelijk zijn, maar dat ging niet door. Dus ze bleven hier. In 1977 waren er treinkapingen door Molukkers. Er vielen doden. Het leek wel oorlog. Er vloog zelfs een F16 over. De Molukkers wilden dat Nederland naar hen luisterde.’

Waarom ging u naar Nederland?
Ja, dat was me een reis! Kijk, ik was in Papoea Nieuw-Guinea. Ik zat op de ambachtsschool. Dat was de enige school voor de Papoea’s. Op school leerden we Indonesisch. Daarna bezocht ik de LTS. Toen dat klaar was, was het oorlog in 1962. Er mochten maar twintig mensen naar Nederland komen. Wij moesten naar elders. Toen ben ik naar Australië vertrokken. Toen ik daar woonde, kon ik al een beetje Nederlands.  Een broer van mij was al daar. Rijke familie van mij was allemaal in Australië en sommige familieleden waren naar Nederland gegaan. Dus ik vertrok ook naar Nederland. Alleen. Ik werd opgevangen door een oom. Na drie maanden zochten we een koophuis. Mijn Nederlands was nog niet best, dus dat wilde ik eerst verbeteren. Ik wilde automonteur worden. Ik hoefde geen examen te doen, omdat ik alles in de praktijk geleerd had. Ik was al een goede monteur. Maar ik mocht niet aan de slag, omdat ik niet de Nederlandse nationaliteit bezat. Eerst moest ik in militaire dienst, om dat papiertje te krijgen. In dienst heb ik alleen maar aan auto’s gesleuteld.’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892