‘In de Hongerwinter was het zo koud dat we een iglo bouwden’


Jelmer, Yunus en Sacha vertellen het verhaal van Truus Grondsma
Orteliusstraat 331De Baarsjes

Truus Grondsma woonde in de Orteliusstraat waar haar vader een sigarenzaak had. Ze was nog erg jong tijdens de oorlog, maar toch heeft ze nog veel levendige herinneringen aan die tijd. Yunus, Jelmer en Sacha van de Rosa Boekdrukkerschool ontvangen Truus op school in het bevo-lokaal. Tussen alle bakken met knutselspullen vertelt Truus haar verhaal.

Heeft u spannende dingen meegemaakt in de oorlog?
‘Mijn ouders zijn niet Joods en hele nare dingen heb ik gelukkig niet meegemaakt. In 1944 zag mijn vader wel dat het leven in Amsterdam steeds moeilijker werd. Mijn opa en oma woonden in Leeuwarden en daar zijn we toen naar toe gegaan tot het einde van de oorlog. In Friesland merkte je toch minder van de oorlog en er was net iets meer te eten. Vanuit het raam van onze slaapkamer in Leeuwarden zagen mijn zusje en ik hoe mannen probeerden te ontkomen aan de Duitse soldaten. De Duitsers gingen langs de deuren om mannen op te pakken die in de Duitse fabrieken moesten werken. Dat heet een razzia. Alle mannen vanaf 18 jaar waren verplicht om te werken in Duitsland omdat alle Duitse mannen in de oorlog moesten vechten. En de fabrieken moesten toch draaien. Dat werk in de fabrieken was heel zwaar dus dat wilden de meeste Nederlandse mannen niet. Wij zagen uit het raam hoe de Duitsers aan de ene kant van het huizenblok tegenover ons naar binnen gingen en dat mannen via het dakraam naar buiten klommen en dan naar binnen gingen in de huizen die al doorzocht waren. En zo konden ze dan ontkomen.’

Wat at u in de oorlog?
‘We hadden gelukkig niet echt honger bij ons thuis, maar het eten was wel saai. In de herfst reden er op de Hoofdweg altijd vrachtauto’s met suikerbieten die naar de fabriek werden gebracht om suiker van te maken. Regelmatig vielen er bieten van de auto af. Die nam ik dan mee naar huis zodat mijn moeder die kon koken. Ze waren niet erg lekker. In Amsterdam werd het op een gegeven moment steeds moeilijker om aan eten te komen. Samen met mijn vader ging ik op de fiets verder Noord-Holland in om sigaretten te ruilen voor eten. In de Hongerwinter ging ik dus met mijn vader, moeder en zusje bij mijn opa en oma in Leeuwarden wonen. Daar was de situatie beter, maar ook daar was weinig eten en je kwam moeilijk aan groente en fruit. En als je slecht eet en weinig vitamines binnenkrijgt, kun je makkelijk ziek worden. Ik kreeg last van hongeroedeem; ik had plekken op mijn ellenbogen en knieën die ontstoken waren. Het duurde nog tot ver na de oorlog totdat die wonden echt hersteld waren.’

Heeft u ook leuke herinneringen aan de oorlog?
‘Een hele leuke herinnering is dat het in de Hongerwinter van 1944 zo koud was en er zo veel sneeuw lag dat ik samen met allemaal kinderen uit de buurt een iglo heb gebouwd. En daar zaten we dan in met een paar kaarsjes. Het was dan wel erg koud, maar dat was erg leuk. En die winter heeft mijn vader me ook leren schaatsen. Je ziet dat er ook leuke dingen waren. En natuurlijk de bevrijding. Die heb ik ook in Leeuwarden meegemaakt. Er reden Canadese tanks door de straten. De soldaten deelden koekjes uit. Mijn vader wilde graag dat ik op zo’n tank ging, maar dat durfde ik niet. Toen zette mijn vader mijn zusje erop.’

   

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892