‘Ik word verdrietig als ik aan de geschiedenis van Suriname denk’


Chase, Lina, Fransesca en Dievanio vertellen het verhaal van Sandra Felter
SurinameAmsterdam-Zuid

Chase, Lina, Fransesca en Dievanio van de Dongeschool in Amsterdam-Zuid moeten een eindje reizen om Sandra Felter te ontmoeten. Ze is net verhuisd en woont nu in IJburg. Haar woning is net gebouwd, de lift ziet er nog niet betrouwbaar uit, toch durven ze ermee naar boven. Mevrouw Felter begroet ze met allemaal lekkernijen. Ze laat de verhuisdozen zien. ‘Ik wilde jullie nog een angisa (hoofddoek) laten zien, maar die zit in een van deze dozen. De vraag is in welke…’

Met wie kwam u naar Nederland?
‘Mijn vader en zijn broers hadden samen een plan gemaakt. Ze wilden allemaal naar Nederland verhuizen om elkaar te helpen en een beter leven op te bouwen. In Suriname heb je een duidelijke hiërarchie, de oudste krijgt vaak het meeste respect. Daarom legden mijn vader en zijn vier broers al hun geld bij elkaar en gaven het aan hun oudste broer. Die kocht een vliegticket naar Nederland en regelde huisvesting voor zijn broers, maar ook voor zijn eigen gezin. Mijn vader kwam te wonen in een pension bij de Warmoesstraat, dichtbij het Centraal Station in Amsterdam. Als ik daar langsloop, denk ik nog altijd: oh, wat leuk, mijn ouderlijk huis. In dit pand woonden allemaal Surinamers die in de jaren zeventig naar Nederland kwamen. Mijn oudste oom had geregeld dat wij op de bovenste etage konden wonen. Mijn vader werkte heel hard en spaarde veel geld zodat hij later zijn gezin naar Nederland kon halen en ook zijn andere broer kon helpen overkomen. Zo zijn uiteindelijk al mijn ooms met hun gezinnen naar Nederland verhuisd. Ze hebben echt hard gewerkt om dit voor elkaar te krijgen. Ik was 7 toen ik naar Nederland kwam. Mijn ouders vonden dat het slechter ging met Suriname en wilden graag dat wij betere kansen kregen.’

Moest u veel spullen achterlaten in Suriname?
‘Ja, ik kon niet alles meenemen naar Nederland. Maar het moeilijkste om achter te laten was onze hond Hektor, dat was echt verschrikkelijk. We reden met een witte Volkswagen Kever naar het vliegveld, en Hektor heeft nog een lang stuk achter de auto aangerend. Hij bleef bij mijn tante wonen. We denken dat hij een half jaar later is overleden van verdriet. Mijn tante vertelde ons dat Hektor vaak huilde en steeds naar de hoek liep om te kijken of we terugkwamen. Mijn moeder zei later dat we hem eigenlijk wel hadden kunnen meenemen. Maar toen wisten we niet waar we terecht zouden komen, en bovendien was het niet gebruikelijk om een hond mee te nemen in het vliegtuig. Na 52 jaar praten mijn zus en ik nog steeds over hem.’

Heeft u typisch Surinaamse dingen in huis?
‘Er zijn ook hele mooie dingen in Suriname, zoals een angisa. Ik heb er een aantal maar ze zitten nog in de verhuisdozen. Een angisa is een hoofddoek, maar geen gewone hoofddoek zoals ik die op heb. Ze dragen hem tegenwoordig nog steeds, maar hij komt uit de tijd van slavernij. Het is niet leuk om slaafgemaakte te zijn en sommige mensen wilden natuurlijk weglopen, maar hoe kun je weglopen als je meester in de buurt is? Sommige huisslaven of slavinnen die in huis werkten, konden alles horen. Ze spraken af dat als de meester naar Nederland ging voor drie dagen, deze huisslavin een bepaalde kleur hoofddoek zou dragen, bijvoorbeeld groen met een blauwe band. En als ze een andere kleur droeg, wisten de anderen dat hij bijvoorbeeld drie maanden weg zou blijven. Zo hadden ze allerlei verschillende manieren van knopen en kleuren om met elkaar te communiceren. Toen de slavernij was afgeschaft, vonden ze het nog steeds mooi om de doeken op te doen. Ik ben op les gegaan om te leren hoe je angisa’s kunt vouwen.’

Waren uw familieleden tot slaaf gemaakten?
‘Helaas wel en dat is heel pijnlijk. Ik word verdrietig als ik aan de geschiedenis van Suriname denk. Hier praten mensen over ‘de Gouden Eeuw’, terwijl het voor veel mensen in Suriname een vreselijke tijd was. Zelf heb ik geen slavernij meegemaakt, maar de moeder van mijn moeder en ouders van mijn opa en oma zijn in slavernij geboren. Ik gaf eens Nederlandse les aan Surinamers, en die vroegen me waar ik vandaan kwam. Toen ik antwoordde dat ik uit Suriname kwam, zeiden ze: ‘ We bedoelen: waar uit Afrika?’ Toen heb ik een dna-test laten doen en bleek dat ik voornamelijk Nigeriaans bloed heb. Maar tot mijn grote verbazing zag ik dat ik ook een paar procent van Eskimo’s afstam. Ik was drie dagen van de kaart van dit nieuws…’

Kunt u iets vertellen over Ketikoti?
‘Ketikoti betekent ‘gebroken ketenen’, en we vieren het einde van slavernij op 1 juli. Slavernij heeft 300 jaar geduurd, in 1492 waren er voor het eerst slaafgemaakten en in 1700 werden de slaafgemaakten naar Suriname gebracht. Op IJburg vieren ze het nog niet, dus ik heb bedacht dat dat anders moet. Vorig jaar heb ik bij mij op de tuin een soort Ketikoti georganiseerd. Ik had naast angisa’s en ook pangis meegenomen, dat zijn doeken. Vroeger mochten de slaafgemaakten geen kleding dragen zoals wij, maar zij moesten doeken om. Op de tuin heb ik toen een lezing gegeven over de angisa en over de pangi. Op 1 juli kun je op veel plekken in Amsterdam een heri heri-maaltijd ophalen en dit jaar wil ik proberen vijfhonderd maaltijden naar IJburg te krijgen om ze hier uit te delen, bij mij in de tuin. Het is een gerecht dat ze aten tijdens de slavernij en het bestaat uit groene banaan en cassave en nog een paar andere vruchten. Maar ook als we de maaltijden niet krijgen, vieren we feest.’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892