‘Ik wil niet in een land wonen, waar ze mensen vermoorden’
Najae, Arisha, Aariana, Ayden vertellen het verhaal van Delano Hoost
SurinameAmsterdam-Zuid
Najae, Arisha, Aariana en Ayden uit groep 7a van IKC Wereldwijs in Amsterdam-Zuidoost zien er allemaal op hun mooist uit. Vandaag kwam de schoolfotograaf èn ze hadden een bijzondere ontmoeting met meneer Delano Hoost. Meneer Hoost is bijna 64 jaar en komt uit Suriname. Hij is de middelste van zeven kinderen en groeide op in Paramaribo.
Hoe was uw leven in Suriname voordat u naar Nederland kwam?
‘Ik heb een hele sportieve jeugd gehad. Ik heb altijd veel gevoetbald. Wat ik me nog herinner van voor de onafhankelijkheid, Suriname was toen nog een kolonie van Nederland, is dat we Sinterklaas vierden. Er was een militaire kazerne met Nederlandse militairen en daar kwam Sinterklaas vandaan met pieterbazen. Dat waren allemaal militairen, maar dan met zwarte schmink. Dat waren allemaal sterke kerels en dan moest je als kind echt uitkijken anders stopten ze je in de zak. Als je stout was geweest, moest je die zak in. Dus voordat ik die pieten zag rende ik altijd hard weg.’
Wat weet u nog van de slavernijgeschiedenis van je grootouders?
‘Van de Hoost tak heb ik het nog nooit uitgezocht, maar van de andere tak weet ik het wel. Mijn overgrootmoeder is een ‘De Kom’. Jullie hebben misschien wel eens gehoord van Anton de Kom. Hij was een Surinaamse vrijheidsstrijder. En mijn overgrootmoeder is nog in de slaventijd geboren. Ze is 94 jaar oud geworden. Zij heeft ons veel verhalen verteld. ’s Avonds gingen we bij haar zitten en dan kwamen de verhalen over vroeger. Dat was heel mooi. Eén van de verhalen ging over de plantages. Je had daar allerlei regels, waar je je als slaaf aan moest houden. Vluchten was moeilijk, maar gebeurde wel. De mensen vluchtten naar Cottica. Dat was een hele diepe smalle rivier. De slaven vluchtten dan naar plaatsen waar er stroomversnellingen in de rivier waren. Zij konden daar namelijk heel goed mee omgaan. Als men de slaven ging zoeken met een boot lukte dat vaak niet, omdat het varen zo lastig was. De boot ging stuk of je ging dood. Het was een soort beschermd gebied voor gevluchte slaven. Er is een waterval en die heet Puroe Gudu. De Puroe Gudu waterval was heel gevaarlijk. Als je in de buurt komt van die waterval moet iedereen uit de boot stappen. Je moet dan omlopen en dan kom je aan de andere kant van de waterval uit. De bootman gaat dan de boot verder loodsen en dan kan je daarna weer instappen en verder varen. Dat is een verhaal dat ik altijd onthouden heb. Zo zijn er veel slaven gevlucht.’
Waarom ging u naar Nederland?
‘Ik heb besloten om naar Nederland te gaan, omdat de politieke situatie in Suriname een beetje naar werd na de staatsgreep en de Decembermoorden in 1982. De militaire machthebbers, onder leiding van Desi Bouterse, waren bang dat ze hun macht zouden verliezen. Ze wilden volgens mij ook helemaal geen democratie in Suriname. Daarom dachten ze: ‘De mensen die democratisch gezind zijn, dus die wel democratie willen, die moeten we opruimen.’ Zo kwam het dat op 8 december 1982 vijftien vooraanstaande Surinaamse mannen zijn vermoord. Eén daarvan was mijn oom Eddy Hoost. Hij was advocaat en had in de politiek gezeten. Hij was 48 jaar. Daarna heb ik gezegd: ‘Ik wil niet in een land wonen, waar mensen zomaar worden vermoord.’
Wat zou er gebeurd zijn als u in Suriname gebleven was?
‘Dat weet ik natuurlijk niet precies. Ik heb me weinig met politiek bemoeid in Suriname, maar ik heb wel altijd mijn mening over iets. Dus het zou kunnen zijn dat als ik mijn mening gegeven had, ik een keer opgepakt zou worden. Als dit allemaal niet gebeurd zou zijn, was ik waarschijnlijk niet naar Nederland vertrokken. Voor al die politieke toestanden, had ik eigenlijk niks te klagen, ik leefde een goed leven. Ik had een huis, waar ik in woonde. Ik werkte bij een energiemaatschappij. Ik had een auto. Meer heb ik niet nodig. Ik woonde met mijn partner en we hadden een dochter van 3 jaar. Toen ik 27 was gingen we naar Nederland. Daar kregen we nog twee zoons.’
Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.