‘Ik was 14 jaar en bloednieuwsgierig dus fietste ik naar de heide’


Roos, Hely, Sam vertellen het verhaal van meneer Jansen
Wageningen

Het technieklokaal ziet er gezellig uit. Roos, Hely en Sam wachten rustig op meneer Jansen. Die komt op de fiets de berg op naar de Van den Brinkschool in Wageningen. Hij is vroeg en heeft dorst van de fietstocht. Nog voordat zijn glas water op tafel staat, steekt hij van wal. Zijn verhaal begint bij de eerste dag van de oorlog op 10 mei 1940, 81 jaar geleden. Sam is op 10 mei geboren. ‘Lekkere verjaardag!’, roept hij uit.

Waaraan merkte u dat de oorlog begon?
‘We kregen ’s ochtends bericht dat we moesten evacueren. Een noodalarm was er niet zoals nu, dus het werd in Wageningen bekendgemaakt door iemand die met een bel de oorlog aankondigde. We moesten diezelfde middag naar de haven lopen en daar werden we in grote boten naar het Westen gebracht. We kwamen terecht in Oudekerk aan de IJssel.’

Wat zag u toen u terugkwam naar Wageningen?
‘Ons huis had geen schade. Maar in de stad, bij de kerk, was een deel platgeschoten door Nederlanders, vanuit de Grebbeberg. We gingen weer gewoon naar school en de kinderen praatten niet veel over de bezetting. We wisten dat er iets bijzonders aan de hand was, maar wat er werkelijk speelde, realiseerde ik me pas later toen ik groot was. Pas in ‘44 werd het weer spannend, met de luchtlandingen van de geallieerde troepen op de Ginkelse Heide. De slag om Arnhem begon. Op een zondagmorgen, op 17 september, vielen de eerste parachutisten op de heide. Ik was 14 jaar en bloednieuwsgierig, dus ik ging met vriendjes op de fiets naar de heide. We kenden de weg in de bossen en van daaruit konden we de parachutisten zien landen. Kort erna moesten we weer moesten evacueren.’

Waar ging u tijdens de twee evacuatie heen?
‘We vertrokken vanuit Wageningen, met een kruiwagen van mijn vader. Op de kruiwagen werden koffers en tassen met kleren geladen en zo liepen we naar Veenendaal. Daar hebben we een aantal weken in een school gebivakkeerd, samen met andere gezinnen, in een groot lokaal. We sliepen op stro en overdag moesten we ons maar zien te vermaken.
Wageningen mocht je niet meer in. Maar mijn vader en ik gingen stiekem terug om fietsen op te halen. Dat was spannend want als ze ons zagen, waren we de pineut. Terug in Veenendaal werden we op een boerenkar naar Leersum gebracht. En vanaf Leersum gingen we via Zeist naar Maarssen, met een platte boerenkar en wat spullen. Mijn vader en moeder kwamen met de drie jongste kinderen in een villa terecht. Mijn oudste broer en ik bleven bij een schoenenfabrikant, eten moesten we halen bij de gaarkeuken. We kregen stamppot van rode bieten en bloembollen. Het smaakte nergens naar, maar we aten het op want we hadden honger.’

Kon u ergens extra eten krijgen die winter?
‘Mijn vader en ik zijn naar Staphorst gefietst, via Amersfoort en Zwolle. Onze fietsen hadden massieve banden, dat hobbelde nogal. Onderweg zagen we alleen maar ellende. We zagen mensen die op een handkar een vader meenamen die onderweg was gestorven. Die namen ze mee naar huis, een ongelofelijk gezicht. Mijn vader had kaplaarzen aan en die ruilde hij voor een zak met rogge en brood. Van de boer kreeg hij een paar klompen mee om op te lopen. Bij een andere voedseltocht naar Raalte was ons wagentje achter de fiets zo volgeladen, dat het op een zandwegakte in elkaar zakte. Gelukkig konden we een melkwagentje krijgen maar daarmee moesten we lopend verder. Het ding piepte en kraakte. Onderweg kregen we van een smid een oude bus met vet en dat moesten we regelmatig in de assen smeren. Toen we een dag later in Maarssen aankwamen was mijn moeder met de drie jongsten weg. Ze waren naar Friesland vertrokken, waar meer eten was. Daar stonden we dan met een wagen vol eten in Maarssen. Mijn vader is naar Leeuwarden gefietst en na vijf dagen vond hij ons gezin in Drachten. Ik verbleef ondertussen bij mijn oom en tante in Raalte en het eten lieten we achter in Maarssen.’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892