‘De soldaat wilde alleen ijs van Koco’


Shakira, Fleur en Nalicia vertellen het verhaal van Herbert Gunst
Marco Polostraat 208-3De Baarsjes

Herbert Gunst was een avontuurlijk jongetje dat graag buiten speelde en niet snel bang was. “Het enige waar ik bang van werd, was het luchtafweergeschut”, vertelt hij. “Tot op de dag van vandaag heb ik dus nog steeds een hekel aan vuurwerk.”

Was het hier in de buurt moeilijk tijdens de oorlog?
‘Als je acht jaar bent, kijk je heel anders naar de wereld. Ik zag overal avontuur en speelde graag buiten. We gingen bijvoorbeeld vaak richting het sportveld van de Duitsers, of we gingen stiekem kijken naar schietoefeningen. Al spelend gingen er dagen voorbij. Met een vriendje liep ik eens langs een school die gevorderd was voor Duitse soldaten in opleiding. Een van die jongens riep of we voor hem ijsjes wilde halen, en dan zouden we er zelf ook een krijgen. We haalden de ijsjes bij banketbakker Scholten, maar toen we terugkwamen zei de Duitse soldaat: ‘Eis muss von Koco sein’. Koco was een ijssalon van een Joodse eigenaar die voor de Wehrmacht (de Duitse strijders) verboden was. Maar deze jongen interesseerde dat helemaal niet; hij wilde ijs van Koco.’

Was het zwaar in de Hongerwinter?
‘Mijn vader moest verplicht werken in Drenthe; het gezin leefde van een kostwinnersvergoeding. Met geld en bonnen kocht je wat beschikbaar was. De Centrale Keuken verzorgde ‘maaltijden’. Een keer hebben we daar bedorven pap met maden gekregen. Die visten we er dan gewoon uit. Ook ging ik wel eens naar de wat chiquere buurten van Amsterdam, in Zuid, om eten op te scharrelen. Tijdens de hongerwinter was er geen verwarming, geen elektriciteit, geen gas en geen vervoer, en op een gegeven moment werkte ook de riolering niet meer. Een half bevroren riviertje van bruine massa en poep kwam door de rioolputten naar boven en dreef door de straten. Ja, het was erg beroerd.’

Hoe voelde u zich na de bevrijding?
‘Opgelucht. We waren blij dat we weer te eten kregen. Twee dagen na de bevrijding, op 7 mei 1945, was ik met een vriendje op de Dam om de bevrijding te vieren. We hoorden opeens gegil en harde klappen. Er werd op ons geschoten! We zijn een meubelzaak op het Damrak in gerend waar een dode vrouw voor de deur lag. We zijn heel snel naar de Jordaan gerend en hebben niet meer omgekeken. In de Jordaan zag ik dat mijn schoen vies was. Ik bleek een vleeswond in mijn been te hebben. Een Jordanese vrouw heeft toen mijn wond schoongemaakt en daarmee waarschijnlijk mijn leven gered.’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892