‘Het weggeven van je kinderen, is een daad van verzet’
Thalia en Cassidy vertellen het verhaal van Loes van Weezel
VrijheidslaanAmsterdam-Zuid
Onder de boom van het Miep Giesplantsoen naast de Rivierenschool zitten Thalia en Cassidy met een nieuwsgierig blik Loes (80) op te nemen. Loes die veel herinneringen in deze buurt heeft vanuit de oorlog, die naar later zal blijken ook in deze tijd een rol in haar leven speelt. Zij begint als eerste met vragen stellen aan de kinderen. Of de meisjes wel eens iets hebben meegemaakt in hun leven waar niet over gepraat werd. En waar hun ouders vandaan komen. Ze denkt zo haar verhaal beter te kunnen vertellen én te duiden.
Werd u buitengesloten omdat u Joods bent?
‘Joodse mensen werden voordat de oorlog uitbrak in Nederland al onderdrukt en buitengesloten. Mijn ouders, die elkaar bij de Joodse roeivereniging Poseidon hebben leren kennen, waren niet welkom bij niet-Joodse verenigingen. Dat werd dan niet echt zo gezegd, hoor. Dan zeiden ze bijvoorbeeld dat de vereniging vol zat. In de oorlog, nou ja de bezetting, werden Joodse mensen ook langzaamaan onderdrukt en buitengesloten. Dat begon met het verbieden van Joodse mensen in het Vondelpark tot het buitensluiten van Joden in het openbaar vervoer. Of Joodse kinderen die allemaal naar dezelfde Joodse school moesten. Zelfs kinderen van buiten Amsterdam moesten in Amsterdam naar de Joodse school. Zo konden de Duitsers makkelijk alle Joden vinden. Na de oorlog zeiden mijn ouders dat we nooit moesten zeggen dat we Joods waren. Deze angst heb ik van hen meegekregen.’
Heeft u ondergedoken gezeten?
‘Op een dag kwam een wildvreemde vrouw, die later onze onderduikmoeder ‘mama Mieke’ werd, bij mijn ouders aan de deur en vroeg of zij kon helpen. Mijn moeder schrok ervan, maar heeft uiteindelijk mijn oudste zusje aan haar toevertrouwd toen het gevaarlijk werd voor Joodse mensen in Amsterdam. Ik ben met mijn ouders in Arnhem ondergedoken; we waren niet samen. Op het adres waar ik zat, huilde ik aan een stuk door. Dat was te gevaarlijk voor die mensen en toen hebben ze mij naar het onderduikadres van mijn zusje gebracht, bij mama Mieke. Zij is toen verhuisd naar de Geleenstraat, zodat het niet opviel dat er ineens twee kindjes in huis waren. Ik ben pas nog bij dit adres langsgegaan met mijn kleinzoon en dochter. Ik besefte daar op het balkon, waar vele huizen uitzicht op hadden, dat het heel fijn is te weten dat wij destijds niet zijn verraden. Zoveel mensen hadden zicht op dat balkon, maar niemand heeft ons aangegeven. Deze buurt, de buurt van jullie school, heeft altijd een rol gespeeld in mijn leven. Mijn dochter heeft hier gewoond en mijn kleinzoon woont er nu.’
Kwam u beschadigd uit de oorlog?
‘Ik dacht heel lang dat ik niet was beschadigd, maar ik weet nu dat ik dat wel ben. Ik heb verlatingsangst en ik raak in paniek als ik, of een ander, te laat op een afspraak kom. Daar heb ik vooral last van in een ander land. Daarom ga ik niet meer naar het buitenland. En dat mijn ouders niet konden praten over de oorlog heeft op mij ook invloed gehad. Mijn zus is in de jaren zestig naar Israël vertrokken. Onze band was moeilijk. Zij heeft zich altijd erg verantwoordelijk voor mij gevoeld en ze heeft haar jeugd ervaren als een zware druk om mij te beschermen en verzorgen. Het heeft lang geduurd voordat we weer contact kregen. Ook zij is beschadigd door de oorlog. Ik ben heel blij dat er weer contact is. En dat mijn zus vanuit Israël een onderscheiding heeft geregeld voor onze onderduikmoeder, mama Mieke.
Ik wil jullie meegeven dat je nooit mensen mag buitensluiten of pesten. Dat je nooit onderscheid mag maken omdat iemand een ander geloof heeft of een andere afkomst. Wat er in Nederland is gebeurd in de oorlog is heel erg en ik kan mij er nog steeds boos om maken dat bijvoorbeeld de Nederlandse politie de Duitsers zo enorm heeft geholpen met het oppakken en aangeven van Joodse mensen. Dit mag nooit meer gebeuren. Niet alleen met Joodse mensen, maar met niemand. Ik hoop dat ik nooit meer zoiets hoef mee te maken. Ik heb zelf twee dochters gekregen en moest toen zij klein waren eraan denken dat mijn moeder ons heeft weggegeven aan mama Mieke, om ons te redden. Die daad, om je kinderen weg te geven, vind ik echt een daad van verzet.’
Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.