‘Feest toen mijn vader terugkwam uit Vught’


Timo (10), Ruby-Jane (11) en Taraily (12) vertellen het verhaal van Els van den Ende-Lem 2 jaar toen de oorlog begon
Roerstraat 22-hsDe Rivierenbuurt

Mevrouw van den Ende was 2 jaar toen de oorlog begon en komt uit een gezin met 12 kinderen. Haar oudste broer zat in dienst en was het huis al uit. Aan huis hadden haar ouders een schrijfmachinehandel. Ze kan zich niet herinneren echt bang geweest te zijn tijdens de oorlog, ze was te jong om dat zo te ervaren.

Heeft u tijdens de oorlog veel honger geleden?
‘We hebben niet veel honger gehad, maar mijn moeder had wel moeite om zoveel kinderen te voeden. Mijn vader was een handige man en wist toch altijd aan geld en eten te komen. Er waren ook gaarkeukens, in een soort wijkgebouw. Bij ons was het in de kleuterschool in de Rijnstraat. Daar werd eten gekookt en je kon er eten. Dat was niet zo uitgebreid en je moest zelf met een kommetje komen. Mijn vader ging altijd op stap om voor eten te zorgen en mijn oudste zus was heel handig met koken, die maakte van niets nog iets. Ik kan me niet herinneren dat er echt weinig eten was.’

Zijn er familieleden van u opgepakt of ondergedoken tijdens de oorlog?
‘Mijn broers hadden de leeftijd dat ze op moesten komen voor werken in Duitsland en zijn toen ondergedoken in een huis bij het Van der Helstplein. Mijn vader had Joden geholpen en is toen verraden. Hij is opgepakt, maar omdat mijn jongste zusje nog geboren moest worden, mocht mijn vader eerst de geboorte afwachten. Toen mijn zusje was geboren moest mijn vader voor drie maanden naar de concentratiekampen in Vught en Amersfoort. Ik was vijf jaar maar dat kan ik me goed herinneren. Ik weet nog dat mijn ouders op 4 april, 25 jaar getrouwd waren. Ik zie mijn moeder, die in de keuken stond te koken, nog huilen op die dag. Ik herinner mij ook dat toen mijn vader weer thuiskwam het feest was. Hij had een kaal hoofd en heeft niet veel gezegd over die tijd in het concentratiekamp. Het enige wat hij daarover vertelde was dat ze naakt op een buitenplaats moesten douchen. Dat was heel koud en hij zei dat je altijd in het midden moet blijven, want daar heb je de warmte. Hij was een kleine man met een grote mond, maar wist dat hij zich daar wel gedeisd moest houden.’

Wat is u het meeste bij gebleven van de bevrijding ?
‘De bevrijdingsfeesten, die waren geweldig. Ik was toen zeven jaar en het duurde geloof ik wel een week lang. Iedereen liep op straat te feesten: er waren mannen die verkleed gingen voetballen. Ik zie nog een man voor me die verkleed was als baby met een luier om en een grote speen. Mijn broer had een hoge hoed gemaakt met alles wat met de oorlog en het feest te maken had, zoals de Amerikaanse vlag. Met z’n allen gingen we de stad in. Ik wist niet precies dat we bevrijd waren maar wel dat we een Zweeds wittebrood en boter kregen. Mijn moeder gaf ons allemaal eentje en we mochten zelf weten wat we ermee gingen doen.’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892