‘Eigenlijk wil niemand weggaan uit zijn eigen land’


Marciano, Mert en Iesa vertellen het verhaal van Yusuf Basci
Turkije

Marciano, Mert en Iesa van de Eindhovense basisschool Rapenland mogen in de auto mee naar Yusuf Basci. Hij is op 21-jarige leeftijd vertrokken uit Turkije en naar Nederland gekomen. Nadat Mert beleefd heeft gevraagd of de kinderen hun schoenen uit moeten doen, biedt Yusuf Basci de hele groep huisslippers aan. Ook heeft hij eau de cologne klaarstaan en een lekkernij. Als ze alles hebben gepakt, gaan de kinderen op de bank zitten. Ze zijn klaar voor het interview!

Als u nu nog een sport zou kunnen doen, welke sport zou u dan doen?
‘Voetbal! Ik had ontzettend veel vrienden in mijn omgeving toen ik nog in Turkije woonde. We voetbalden soms wel met twintig, dertig of veertig tegelijkertijd. We hadden geen plastic bal en we hadden geen schoenen. Een leren bal hadden we absoluut niet, dat was een droom van ons. Toen ik ongeveer 14 jaar was, besloot ik met mijn vrienden een voetbalclub op te richten. We hebben met de hele buurt geld verzameld en hebben misschien, als je het omrekent, 3000 euro bijeen gekregen. Als eerst gingen we t-shirts maken. We hebben veel discussie gehad over welke kleur het moest worden, maar uiteindelijk werd het rood en groen. Daarna was het geld al op, we hadden geen geld voor voetbalschoenen. Dus we hebben gevoetbald op normale schoenen. Het was vreselijk leuk!’

Waarom bent u naar Nederland gekomen?
‘Ik vond het heel moeilijk om weg te gaan uit Ankara. Toen ik hier kwam heb ik alles achtergelaten. Je mist je vrienden en je levensmanier. Je moet alles aanpassen. Ik heb door heimwee heel veel gehuild.

Niemand wil eigenlijk weggaan uit zijn land, maar door sommige omstandigheden moet je misschien toch weg. Door oorlog, politiek of werkloosheid. Ik ben door politiek naar Nederland gekomen. Het was erg moeilijk in die tijd in Turkije. Wij waren linkse mensen en dat was in Turkije te gevaarlijk voor de overheid. Linkse mensen willen vrijheid, gelijke rechten voor iedereen en een beter leven voor iedereen. Ze staan bij de arbeiders, de boeren en de zwakken. Als student en jong mens was ik een idealist en ik was lid van een linkse studentenvereniging. Links zijn was heel gevaarlijk. Ik kon worden opgepakt en in de gevangenis worden gezet, bijvoorbeeld als ik zou protesteren of als ik iets zou schrijven op de muur.

Ik ben van mijn 16e tot 21e lid geweest en heb ook deelgenomen aan protestacties. Ik ben één keer gepakt, maar gelukkig waren er grotere incidenten op dat moment, daarom hebben ze ons vrijgelaten. Ik heb veel geluk gehad, maar daardoor ben ik wel naar Nederland gekomen. Ik ben getrouwd met een vrouw in Turkije en zij was al naar Nederland gegaan. Ik ben achter haar aan gegaan en eigenlijk door haar in Nederland gekomen. Ik ben als gastarbeider naar Nederland gekomen.’

Wat voor werk heeft u gedaan in Nederland?
‘Toen ik in 1980 naar Nederland kwam, was er crisis. Het was niet makkelijk om werk te vinden. Daarom heb ik bijna overal gewerkt. Eerst plukte ik aardbeien en daarna komkommers en bonen. Het was allemaal zwart werk. Ik kreeg iedere dag gewoon het geld in mijn hand. We moesten heel hard werken, want ik kreeg per kilo betaald. We begonnen heel vroeg in de ochtend, om 5 uur ging ik al het huis uit en fietste ik naar Mierlo. Dat was heel koud en nat.

Ik heb ook in de zomer in hotels gewerkt, in de keuken, afwassen, ijsmaken. En ik heb in de stad gewerkt, als serveerder. Ik ging overal proberen geld te verdienen. Destijds had ik nog geen huis. Ik heb bij mijn schoonouders gewoond, en sliep in een heel klein kamertje, in een twijfelaar, met mijn vrouw.

Ik heb ook in Tilburg gewerkt in een leerfabriek. Dat was ook vreselijk! Ik moest de vellen leer laten drogen. Dan moest je de vellen leer heel strak spannen op een apparaat. Daar gingen onze handen van, want als wij de vellen aantrokken en ze scheurden, dan schuurde je met je handen over het ruwe apparaat. Na vijf jaar heb ik een vaste baan gevonden in Aalst, in een fabriek. Daar heb ik dertig jaar gewerkt, toen werd ik ontslagen.

Vanaf het begin ben ik sociaal actief geweest. Ik ben politiek geëngageerd. Ik gaf zes jaar lang als vrijwilliger taalles aan Turkse kinderen. Toen ik werkloos werd, heb ik ook nog twee jaar les gegeven in een buurthuis.’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892