‘De Duitse tanks zakten weg in de modder, zo werd het land onbegaanbaar’


Merel, Lara en Bruce vertellen het verhaal van Mevrouw Hageman
Nederhorst den Berg

Merel, Lara en Bruce van de Kennemerpoort in Alkmaar gaan naar verzorgingstehuis Westerhout om meneer Hageman te interviewen. Als ze aankomen blijkt hij ziek te zijn, maar gelukkig maakt zijn vrouw tijd vrij om bij ze aan te schuiven in de grote zaal. Mevrouw Hageman maakte de oorlog mee in Nederhorst den Berg. De interviewers vragen honderduit en ze doen het fantastisch.

Waar woonde u tijdens de oorlog?
‘Ik woonde op een boerderij met schapen, koeien, varkens en kippen. Ik had acht broertjes en twee zusjes, ik was de oudste. We sliepen met zijn allen op de zolder, iedereen bij elkaar. Dat voelde heel veilig.

Het kleine dorpje waar we woonden heette Nederhorst den berg en iedereen kende elkaar. Tijdens de oorlog werd een deel van het gebied onder water gezet. Je zag zo het water het land inkomen, maar wij bleven gelukkig droog. Iedereen die in huizen woonden die in het water kwamen te staan, moest natuurlijk weg. Aan andere Nederlanders werd gevraagd om ze op te vangen en in huis te nemen.

Het onder water zetten van polders was een typisch Nederlandse verdediging. Het modderige water dat reikte tot aan je knieën, was een enorme hindernis voor de Duitse soldaten. Hun zware tanks zakten weg in de modder… Zo werd het land onbegaanbaar voor Duitse soldaten, voertuigen en paarden. Ook was het water te ondiep om met boten doorheen te varen. Door het water op deze manier in te zetten, probeerden Nederlandse soldaten ons land te beschermen tegen de vijand.’

Hadden jullie genoeg te eten?
‘Omdat we op een boerderij woonden, hadden we genoeg te eten. Er waren fruitbomen op het erf en we hadden koeien voor melk en varkens en schapen en kippen voor eieren en vlees. Wij leden dus geen honger. Wel was het tijdens de Hongerwinter heel koud. Dan kropen we bij elkaar onder dekens op zolder.

Vond u de oorlog spannend?
‘Ja, het gevoel dat het oorlog was vond ik heel spannend en ook eng, maar wij merkten er eigenlijk als kinderen niet veel van. Wij speelden gewoon buiten op de boerderij met elkaar en hier waren ook geen bombardementen. Het was wel heel eng als het luchtalarm afging, dat maakte iedereen bang dat er iets zou gebeuren… Ook moesten we van onze ouders hard werken op de boerderij. Het vele werk op de boerderij ging in de oorlog natuurlijk gewoon door. Het was ook spannend dat we een radio hadden. Die was verstopt in een hooibaal. We luisterden soms stiekem naar Radio Oranje.’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892