‘De couveuse van mijn zusje was een eierkist’


Lion, Annemijn, Azra vertellen het verhaal van Riet Kühn
Wageningen

Even alles uitpakken. Er komen brieven op tafel en boekjes met talloze foto’s. Riet Kühn heeft veel meegenomen naar de Van den Brinkschool in Wageningen. Ze woonde tijdens de oorlog in Wageningen, toen was ze nog maar 1 jaar oud. Lion, Annemijn en Azra kijken hun ogen uit want, wauw, wat heeft mevrouw Kühn veel bewaard. ‘Kijk, dit zijn mijn broertje en ik’, begint ze.

Wat deed u tijdens de evacuatie in Wageningen?
‘Tijdens de eerste evacuatie zat ik nog in een kinderwagen, ik was namelijk ook pas 1 jaar. Wij zijn toen met allemaal boten de Rijn afgegaan. De hele wijk moest met zijn allen in een boot. Het was ontzettend krap en kinderwagens mochten absoluut niet mee. Mijn moeder heeft mijn kinderwagen in het water gegooid zodat de Duitsers hem niet konden inpikken. Tijdens de tweede evacuatie gingen we zelf op de fiets, ik zat bij mijn vader achterop en mijn broertje bij mijn moeder. We hadden onze huissleutels ingeleverd en Duitse soldaten zijn toen in ons huis getrokken. Na onze fietstocht zijn we bij mijn opa in Ede-Veen beland, hij heeft ons via via ondergebracht in de buurt. Hier zijn we een hele tijd gebleven want mijn moeder was ook nog zwanger. Mijn zusje woog bij de geboorte veel te weinig. In het noodhospitaal hebben ze toen een couveuse gebouwd van eierkisten. We konden niet anders, maar het ging wel heel goed.’

Wat at u tijdens de oorlog?
‘We hadden niet veel te eten. Er waren zelfs dagen dat we helemaal niet wisten wat we moesten eten. Wel kwam mijn opa af en toe wat brengen. Brood bijvoorbeeld, maar waar hij het vandaan haalde mag Joost weten want het was al een hele tijd niet te verkrijgen. Ook had hij een stuk worst en een stuk vlees mee. Later kwam de man van de schuur waarin wij woonden, vertellen dat hij nog wat kleine aardappelen te eten had. Een groot feest want dit hadden we al heel lang niet meer gegeten, terwijl het eigenlijk heel vies was. Maar alles beter dan de soep of pap van de gaarkeuken. Mijn opa was slager waardoor we soms wel wat lekkers te eten meekregen. We moesten het allemaal van hem hebben want mijn vader had een hele grote wond aan zijn been van het houthakken. Die genas maar langzaam want we aten niet zoveel voedzame dingen.’

Uw huis stond pal naast de Sahara, en is ook geraakt door een bom. Weet u hier nog iets van?
‘Dit was nog voor de tweede evacuatie. Gelukkig was er toen niemand thuis en hebben we snel een ander huis geregeld. Wel had het huis aan de Sahara veel grond. Op de foto’s zie je hoe de bom ons huis heeft verwoest. Het hele dak is eraf geblazen! Ook zaten er veel gaten in de muur. Toen mijn vader dit hoorde gingen we er automatisch vanuit dat we niets meer overhadden. Ons huis was onbewoonbaar. Na de oorlog zijn we teruggegaan om te kijken of er nog wat van onze spullen in huis lagen. Ook hadden we belangrijke zaken begraven in de schuur, maar dat was allemaal meegenomen. In huis was ook niet veel meer: meubels meegenomen, deuren waren weg, muren ingestort en de woonkamer was een puinhoop, alles was overhoop gehaald. Later kregen we vergoeding voor de schade aan het huis en het land. Maar dit was echt heel weinig: slechts 450 gulden, hier konden we geen nieuw huis van kopen.’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892