‘Als veldwachter moest mijn vader controles uitvoeren en het eten in beslag nemen.’


Yfendo (11), Sandy (11)/nRayan (10) en Tamahan (10) vertellen het verhaal van Willy Scholte, 11 jaar toen de oorlog begon
RansdorpAmsterdam-Noord

De vader van Willy Scholte was veldwachter. Eigenlijk moest hij zorgen dat iedereen de strenge regels van de Duitsers opvolgde, maar hij bedacht iets slims waardoor hij de regels toch kon ontduiken. Wij vinden het dapper dat hij op deze manier stiekem mensen heeft kunnen helpen.

Wat is het vreemdste dat u in de oorlog heeft meegemaakt?
“Tijdens de oorlog woonde ik in Ransdorp, vlakbij Amsterdam. We zagen er wel eens hoe geallieerde parachutisten uit vliegtuigen werden gedropt. Ik heb zelfs een keer zo’n vliegtuig zien neerstorten. Gelukkig raakte daarbij niemand gewond. Heel het dorp hielp de piloot om uit de handen van de bezetters te blijven. Later liepen sommige dorpelingen met een nieuwe blouse. Dat was opmerkelijk want in de oorlog had niemand had geld voor luxe spullen. Bleek dat ze waren gemaakt van parachutestof. Helaas stierven er ook wel eens parachutisten. Ze waren zo zwaar beladen dat ze per ongeluk in een van de meren bij ons in de buurt terechtkwamen en verdronken.”

Heeft u ooit een bombardement meegemaakt?
“Ik kwam een keer met de bus aan bij het Tolhuis, waar nu de halte van het Buiksloterveer is, toen ik ineens vliegtuigen hoorde overvliegen. Toen ik opkeek, zag ik bommen hangen. Gelukkig had mijn vader me eerder al duidelijk uitgelegd wat ik moest doen als er een bombardement was, dus ik wist dat ik in het Tolhuis moest schuilen. Samen met anderen ben ik in het halletje op de grond gaan liggen. Ik heb nog nooit zoveel biddende mensen gehoord als die dag, iedereen was doodsbang. Toen het bombardement voorbij was, liep ik snel richting ons huis. In de Van der Pekstraat zag ik dat het postkantoor helemaal was vernietigd, terwijl het juist een veelgebruikte schuilplek was. En op de Wingerdweg werd ik ineens door een politieagent een huis binnengetrokken. Wat bleek? Het bombardement was nog helemaal niet voorbij.”

Uw vader was veldwachter. Werkte hij in de oorlog voor de Duitsers?
“Officieel werkte hij voor de Duitsers, maar dat betekent niet dat hij ook alles volgens hun regels deed. We hadden bijvoorbeeld onderduikers in huis. Hij hielp ook mensen die naar het platteland waren gegaan om voedsel te halen. Dat mocht niet van de Duitsers. Als veldwachter moest mijn vader daarom controleren of mensen geen eten bij zich hadden. Tegen iedereen die passeerde, zei hij: ‘Alles wat langs mij komt, wordt in beslag genomen’. Als die mensen dan vroegen of ze wel een omweg mochten nemen, herhaalde hij alleen maar deze zin. Zo wisten zij dat ze beter een andere weg konden nemen, terwijl mijn vader in feite niets verkeerd deed. Dat vond ik zo slim van hem.”

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892