‘Als kind wist ze niet wat oorlog was’


Omaima, Manar, Azra, Zara vertellen het verhaal van Hans Notmeijer
SneeuwbalwegAmsterdam-Noord

Ooit was Hans Notmeijer schooldirecteur, maar geschiedenis bleef altijd zijn lievelingsvak. Tegenwoordig vertelt hij verhalen op het Muiderslot, over ridders, de Middeleeuwen, maar hij weet ook veel over dinosaurussen. Hij kan prachtig vertellen. Vandaag heeft hij een kist bij zich met foto’s, kranten en spulletjes die hij ooit van zijn oma kreeg. Hij neemt Omaima, Manar, Azra, Zara van de IJdoornschool mee terug in de tijd. Precies wat zijn oma wilde toen Hans ‘meester’ was geworden. ‘Als je met kinderen gaat werken’, had ze gezegd, ‘kun je deze kist laten zien en vertellen hoe het was in de oorlog’.


Hebben uw ouders de Hongerwinter meegemaakt?

‘Ze waren allebei nog kind in de oorlog, maar hebben beiden de Hongerwinter meegemaakt. Mijn moeder werd toen ze ouder was, heel vergeetachtig, Alzheimer heet dat. De laatste paar jaar sprak ze vooral over de oorlog omdat dat héél veel indruk op haar had gemaakt. Als kind wist ze niet wat oorlog was, maar ze voelde wel dat er veel spanning was, ook in het buurtje waar ze woonde. Mijn vader was een jongetje van tien en hij vond het heel indrukwekkend als de Duitse vliegtuigen overvlogen. Ook hebben ze parachutisten gezien.’

Hebben uw ouders elkaar ontmoet in de oorlog?
‘Nee, ze hebben elkaar ontmoet tien jaar na de oorlog, in 1955 ongeveer. Toen was het leven weer een beetje normaal. Ik heb ook mensen gesproken voor wie de armoede het ergste was. In de laatste weken van de oorlog namen de Duitsers heel veel spullen mee zodat er bijna niets meer te eten en te drinken was. Pas in 1955 gingen mensen weer leuke dingen doen, zoals feestjes en dansen. Zo hebben mijn ouders elkaar ontmoet.’

Hebben uw ouders gehoord over de concentratiekampen?
‘Later wel. Maar als er over concentratiekampen gesproken werd, dan dachten ze: dat is zo gruwelijk, dat hebben mensen elkaar niet aangedaan. Ze geloofden het dus eigenlijk niet en dachten dat het overdreven was. Mijn moeder had wel Joodse vriendinnetjes op school en ja.. die waren opeens weg. Toen is ze gaan navragen en bleek dat ze naar Westerbork waren gebracht, naar het concentratiekamp. Ik heb wel krantjes waarin af en toe iets stond over concentratiekampen, maar in het nieuws werd er niet over gesproken omdat het werd geregisseerd door de Duitsers. Ze schreven alleen dat wat zíj wilden dat mensen te horen kregen. Ook radio’s hadden mensen niet, die moesten worden ingeleverd.’

Moesten uw ouders Duits leren om alles te kunnen lezen toen de bezetting er was?
‘Dat is een hele goeie vraag. Mijn moeder was te jong en mijn vader wilde geen Duits praten, maar mijn opa moest helpen opruimen toen de Ritakerk gebombardeerd was. Hij had zoveel met Duitse soldaten te maken dat hij vanzelf wat Duits moest gaan praten. Uiteindelijk was dat ook wel handig want zo kon hij ook duidelijk maken: ‘Help ons een beetje… er is geen eten en ik wil niet dat mijn kinderen dood gaan’. Na de oorlog bleek hij zo getraumatiseerd dat hij niets meer met Duitsers of Duitsland te maken wilde hebben, zoals op vakantie gaan daar naartoe.’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892