‘Als baby lag ik op een pistool in de kinderwagen’
Lynn, Isabelle, Kerem en Vijay‘s vertellen het verhaal van Pim Blank
Zaandam
Enthousiast gaan Lynn, Isabelle, Kerem en Vijay‘s vanuit Het Baken in Zaandam ’s morgens op de fiets naar Pim Blank (1943) om hem te interviewen over de Tweede Wereldoorlog. Zijn vader en moeder zijn tijdens de oorlog getrouwd. Zijn vader was Doopsgezind en zijn moeder was Joods. Pim vertelde dat hij als baby in de kinderwagen op een pistool had gelegen.
Zat uw vader in verzet?
‘Mijn vader was militair en nog jong. Hij werd gevraagd door kennissen die al in het verzet zaten. Mijn vader heette Wim Blank, maar zijn naam mocht niet bekend worden dus hebben ze hem Wim Donker genoemd. Mijn vader zat in een knokploeg en hij had etensbonnen gestolen om de Joodse mensen ook eten te geven die ondergedoken zaten. Mijn moeder zat ook in het verzet en bracht de verzetskrant rond. De informatie in die krant kregen ze via spionnen en via bevriende politiemannen. Zo wisten ze wanneer de razzia’s waren en die informatie stond dan in de verzetskrant. Ik lag als baby in de kinderwagen tijdens het rondbrengen van de kranten . Daar lag ook een pistool in, dus ik lag als baby op een pistool! Misschien was dat achteraf niet zo verstandig geweest, maar ze deden het omdat ze wilden dat iedereen weer in vrijheid kon leven.’
Kende uw vader Joodse mensen?
‘Mijn moeder was Joods dus dat betekende dat ik en mijn broer ook Joods waren. Maar ik heb geen Israëlisch paspoort. Ik ga niet naar de sjoel, naar de synagoge. Ik weet niet wanneer de Joodse feestdagen zijn. Dat komt omdat mijn moeder als de dood was dat dit zich zou herhalen, dat er nog een keer allemaal Joodse mensen zouden worden opgepakt. Ze hebben ons dus niet Joods opgevoed. Mijn moeder is niet opgepakt, omdat ze met een niet-Joodse man getrouwd is. Maar ze liep wel met een ster op haar kleding, dus dat was wel bijzonder. En nog mooier; ik ben geboren om mijn moeder te redden. Ik ben dus in de oorlog geboren. Voor de Duitsers was ik geen Jood, omdat ik een niet-Joodse vader heb. maar volgens de Joodse wetten wel. Dat klink wel ingewikkeld toch?’
Wat is het ergste wat uw ouders hebben meegemaakt in de oorlog?
‘Dat is toch het overlijden van mijn opa, de vader van mijn moeder. Hij is vergast dus vermoord in Auschwitz, het concentratiekamp in Polen. Heel recent hebben wij een struikelsteen neergelegd voor mijn opa. Dat zijn stenen die voor huizen in Amsterdam liggen, met de namen van Joodse mensen.’
Wat aten jullie tijdens de hongerwinter?
‘Omdat mijn vader in het verzet zat, kon hij makkelijker naar boeren toe om voedsel te halen. We hebben ook bloembollen moeten eten, maar daar weet ik weinig van. Ik ben in de oorlog verwend, want een kleine baby moet natuurlijk wel blijven leven. Dus de hele buurt zorgde dat er voldoende melk en voedsel was. Mijn vader ging met een vriend op de fiets groenten halen bij de boer, maar je mocht eigenlijk van de Duitsers geen fiets hebben. Die werden in beslag genomen. Op een gegeven moment werden ze aangehouden door Duitsers en ze hadden afgesproken met elkaar dat als de één gepakt zou worden, de ander zou schieten, want ze hadden pistolen bij zich, en andersom. Ze gingen echter achter vluchtende mensen aan en werd mijn vader dus niet opgepakt die dag. Hij heeft wel spannende dingen meegemaakt.’
Hadden jullie ook onderduikers in huis?
‘Ja, mijn vader en moeder hebben twee onderduikers gehad in huis, dat waren mensen van het Rotterdams verzet, die werden gezocht door de Duitsers en werden in Wormerveer ondergebracht. Dat was erg spannend; onderduikers bij een Joodse vrouw, dat was wel heel bijzonder. En die jongens zijn allebei doodgeschoten door de Duitsers toen ze even een luchtje wilde scheppen en in Wormerveer rondliepen. Ze zijn verraden. En de ouders van die jongens zijn daarna elk jaar op 4 mei bij mijn ouders op visite geweest.’
Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.