Erfgoeddrager: Maliha

‘’Omdat ik vriendelijk en beleefd was tegen de boeren, kreeg ik altijd wel wat te eten mee’’

Soufiane, Salim en Maliha fietsen vanaf hun school De Klimop naar verzorgingstehuis De Die waar ze hun interview hebben met Dolf van der Veen. Het is handig en fijn dat hij foto’s van vroeger heeft meegenomen. Die helpen goed zijn verhaal te begrijpen. Hij vertelt over de eindeloze fietstochten die hij tijdens de oorlog maakte om eten te halen bij de boeren. Na afloop eten de kinderen de paaseitjes die ze voor Dolf de Vries hebben meegenomen, samen met hem op.

 

­

Kende u Joodse mensen?
“Mijn beste vriend op school was Joods. In die periode zaten veel Joodse kinderen bij mij in de klas. Veel kinderen kwamen opeens niet op school en kwamen ook niet meer terug. Eerst denk je nog dat ze ziek zijn. Maar als ze dagen niet op school komen, weet je wel dat ze niet meer terugkomen. Met mijn vriendje gebeurde hetzelfde. Op een dag kwam hij niet meer op school en heb ik hem nooit meer gezien. Later ben ik nog langs zijn huis gegaan en maar dat was helemaal leeg. Na de oorlog ben ik gaan onderzoeken wat er met hem is gebeurd en ben ik erachter gekomen dat hij tijdens de oorlog is overleden.

Heeft u honger gehad tijdens de oorlog?
“Tijdens de oorlog ben ik veel op pad geweest om eten te zoeken en halen. Ik had twee jongere broertjes thuis dus zorgde ik, samen met mijn vader, voor het eten. Dat deed ik vaak op de fiets. Mijn fiets had geen echte banden meer, maar mijn vader had touw om de velgen gemaakt zodat ik er toch nog op kon fietsen. Ik heb talloze tochten gemaakt. Zo gingen mijn vader en ik naar Uitdam om een flesje melk te halen. Als we deden alsof we buren waren in plaats van vader en zoon, kregen we twee flesjes melk. Ook ben ik op de fiets naar Friesland geweest. Via de Afsluitdijk, die wel 30 kilometer lang is, ben ik langs boeren gegaan om voedsel te vragen. Vaak had ik dan spullen mee zoals beddengoed om te ruilen voor eten. Ik weet nog goed dat als ik een stal binnenstapte, het er zo heerlijk warm was. Omdat ik vriendelijk en beleefd was tegen de boeren, kreeg ik altijd wel wat te eten mee. Ook mocht ik vaak in de stal blijven slapen omdat ik lange tochten maakte. Dan mocht ik achter de koeien slapen. Als ik dan wakker werd, zat ik onder het bruin. Haha, dat krijg je als je achter koeien slaapt. Dan zit je wel eens onder de koeienvlaai.”

Hoe was de bevrijding?
“Dat was erg leuk. Ik kan mij nog herinneren dat ik chocolade heb gegeten. Rond de Bevrijding zat ik in Friesland, in het dorpje Broek onder Akkerwoude. Samen met mijn nichtje logeerde ik bij een aardige onderwijzer en zijn gezin. Het was een hele tocht om er te komen. Met een bootje zijn we over het IJsselmeer gevaren en hebben we nog een stuk gefietst. Daar aangekomen waren we zo koud, zo moe. Ik kan mij nog goed herinneren dat er in de kamer een glazen salontafel stond met een bloemenvaas erop. Als ik mijn ogen dicht doe, zie ik die zo voor mij. Nu heb ik er zelf ook een glazen tafel in huis. Sommige dingen, kleine dingen, van de oorlog zijn mij heel goed bijgebleven.”

Foto: Caro Bonink
Foto: Caro Bonink
Foto: Caro Bonink
Foto: Caro Bonink
Foto: Caro Bonink

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892