Erfgoeddrager: Inane

‘Wie de meeste scherven had…’

Meneer Van der Linden woonde tijdens de oorlog met zijn ouders in de Nigellestraat. Het was voor ons heel bijzonder om het verhaal van meneer Van der Linden te horen omdat hij het nog nooit eerder aan iemand verteld had. Zelfs tijdens de oorlog werd er bij hem thuis niet gepraat over de vreselijke dingen die er gebeurden.

Wat weet u nog van de bombardementen?
“In het begin van de oorlog gebeurde het alleen ’s nachts. Als ik in bed lag, kon ik de bombardementen horen. Het klonk alsof iemand op zolder een zak aardappels leeggooide. Ik hoorde dan dat de bommen steeds dichterbij kwamen. ’s Nachts was ik bang, maar ’s ochtends gingen we met kinderen uit de buurt granaatscherven zoeken. Dat was erg leuk. We hielden wedstrijdjes wie de meeste scherven had gevonden. Later in de oorlog werd er ook overdag gebombardeerd. Ik zat inmiddels op de Oranje Nassauschool en als het luchtalarm ging, kwamen alle moeders naar school. We gingen dan met z’n allen zo dicht mogelijk tegen de muur zitten. De juffrouw deed de ramen altijd op een kiertje, omdat ze bang was dat het glas anders zou breken. Dat waren angstige momenten.”

Hoe was de Hongerwinter voor u en uw familie?
“Mijn vader werkte bij Shell en daar was in 1940 een brand geweest na bombardementen. Door de brand was veel olie hard geworden. Mijn vader hakte stukken van die verharde olie en verbrandde ze in een kacheltje dat hij zelf had gemaakt van een oude boorpijp. Koud hebben we het dus niet gehad; soms brandde het zelfs veel te hard. Maar we hebben wel hongergeleden. Ik was zo ondervoed dat een wond op mijn arm niet meer wilde genezen. Ik heb daar nog steeds een litteken van. Mijn vader ging op de fiets naar de Beemster om eten te halen bij de boer. Ik heb weleens gezien dat mensen bij terugkomst in de stad al dat eten in moesten leveren. Ze waren dus helemaal voor niets gegaan. Dat is mijn vader gelukkig nooit overkomen. Tijdens de bevrijding werd er broodpap en Zweeds wittebrood uitgedeeld. Ik weet nog goed hoe lekker dat smaakte. Het was net alsof je cake at.”

Praatte u met uw ouders over de oorlog?
“Nee, bij ons thuis werd over de oorlog niet gepraat, zelfs toen die nog bezig was. Ik weet nog dat mijn vader op de fiets eten ging halen in de Beemster. Toen hij thuiskwam, merkte ik dat hij en mijn moeder overstuur waren. Ze vertelden me niet wat er gebeurd was. Iets later was ik jarig en dat vierden we met familie. Ik hoorde toen mijn vader aan de visite vertellen dat hij onderweg van de Beemster naar huis door de Duitsers was aangehouden. Hij werd gedwongen om toe te kijken terwijl een aantal Nederlandse mannen gefusilleerd werd. Hij dacht dat ik niet luisterde, maar ik hoorde alles…  

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892