Erfgoeddrager: Rijan

‘Het beeld van koeien in de wei vind ik nog steeds mooi’

Mohamad, Deniz en Rijan van basisschool De Rivieren hebben zin in het interview. Ze zijn goed voorbereid en bedenken van te voren wie welke vraag gaat stellen. Uiteindelijk blijkt dat niet nodig, want ze vragen de oren van het hoofd. Er volgt een ontzettend leuk interview, waarin niet alleen het migratieverhaal van de Griekse Wasilis Psathas (54) wordt besproken, maar ook de achtergronden en verhalen van Deniz, Rijan en Mohamad aan bod komen. Verschillende werelden komen op deze manier samen.

Wanneer en waarom emigreerde u vanuit Griekenland?
‘Toen ik vijf jaar was ging mijn moeder een tijdje in Duitsland wonen. Later kwam mijn vader ook. Ze gingen daar tijdelijk naartoe om geld te verdienen. Mijn zus en ik kwamen later ook naar Duitsland; drie dagen duurde de treinreis. Moet je je voorstellen: ik kwam uit een klein Grieks dorpje met maar drie winkels en toen kwam ik opeens in een stad met meer dan 100.000 inwoners! En moest ik ineens met de bus naar school. Het was een totaal andere wereld. Wel gingen we naar een Griekse school. We leerden maar twee uurtjes Duits per week. Uiteindelijk heb ik van mijn achtste tot mijn tiende in Duitsland gewoond. Na twee jaar moest ik namelijk naar een Duitse school en mijn ouders dachten: ‘als je naar een Duitse school gaat, word je een Duitser, dat willen we niet!’ Dat lag nog vrij gevoelig in die tijd, niet lang na de oorlog. Dus ging ik terug naar m’n opa en oma en heb ik in Griekenland mijn middelbare school afgemaakt.’

Hoe oud was u toen u naar Nederland kwam en wat was uw eerste ervaring met de mensen?
‘Ik was twintig. Mijn eerste ervaring was niet zo goed. Mijn ouders woonden nog in Duitsland en ik had een tante die in Nederland, in Utrecht, woonde. Vanuit Duitsland ging ik bij haar op bezoek. Alleen kreeg ik geen stempel om de grens over te gaan. Als je uit een ander land komt, wordt er gekeken of je het recht hebt om binnen te komen. Ik had dat blijkbaar niet. Ik had een Grieks paspoort, maar kwam met de bus vanuit Duitsland. Dat was anders. Toen heb ik korte tijd in de cel gezeten en moest ik terug naar Duitsland. Ik vond dat een nare ervaring.
Gelukkig kreeg ik twee weken later wel een stempel en kon ik naar Nederland om te studeren. Ik herinner me nog dat ik met de trein aankwam. Nederland was zo vlak en groen, er stonden koeien in de wei. Dat beeld vind ik nog steeds mooi. De taal was in het begin het een ramp, maat ik ben meteen intensief Nederlandse les aan de universiteit gaan nemen. Met de mensen hier had ik direct goed contact. Ik vind Nederlanders leuke mensen. Ze zijn nieuwsgierig; ze vragen naar je en zijn leergierig. Grieken zijn vriendelijker, maar wel oppervlakkiger.’

Bent u meer Nederlands of meer Grieks?
‘Poeh, goede vraag, ik weet het eigenlijk niet. In Griekenland mis ik Nederland en in Nederland mis ik Griekenland. Maar als Nederland tegen Griekenland speelt met voetbal, dan ben ik Griek. Mijn ouders wonen er en ik ga twee keer per jaar naar Griekenland. Maar ik heb een Nederlandse vrouw, we wonen al dertig jaar samen en hebben drie kinderen. Dus Nederland is mijn land, ik voel me hier prima. In de zomer, als ik niet met vakantie ga, heb ik wel heimwee. Je hebt hier geen mooie blauwe zee en het weer is daar veel mooier.’

      

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892