Erfgoeddrager: Matondo

‘Vergeten doe ik het nooit’

Mevrouw Geesje de Vries vertelde ons dat ze de gebeurtenissen uit de oorlog heel lang verdrongen heeft, nu komt het pas echt allemaal boven. Zeker de herinnering aan wat de Duitsers hebben gedaan met haar joodse vriendje Max. Ze heeft vijf jaar met hem kunnen spelen totdat hij werd opgepakt. Het verhaal van Max en andere gebeurtenissen in de oorlog heeft mevrouw De Vries nu pas op papier kunnen zetten.

Wist u wat oorlog betekende?
‘’Nee, ik was pas tien jaar oud. Ik kan mij nog wel goed herinneren hoe de oorlog begon. Het was vrijdag 10 mei 1940. ’s Nachts werd ik wakker van laag overvliegende vliegtuigen en van vreselijk geknal in de lucht. Ik dacht dat het al ochtend was en kleedde mij snel aan. Ik hoefde alleen nog maar mijn haar te kammen. Tegen mijn moeder zei ik: ‘Mam, wat was de buurvrouw vroeg kleden aan het kloppen.’ Op vrijdagmorgen werden normaal altijd de kleden geklopt, vrijdag was klopdag. Mijn moeder vertelde mij toen dat Nederland in oorlog was met Duitsland. Ik wist niet wat dat betekende, maar mijn moeder heeft dat toen meteen uitgelegd.’’

Kon u nog naar school tijdens de oorlog?
‘’Ik was acht jaar oud toen ik in de derde klas kwam van de Mussenstraatsschool, tegenwoordig heet die school het Vogelnest. Dat is nu jullie school, toch? Op de dag dat de oorlog begonnen was, ging ik om kwart voor acht naar school, vijf minuten van ons huis vandaan. Het hoofd van de school ving ons op en vertelde dat er voorlopig geen school was. Hij vroeg ons of we zandzakken wilden halen voor de oudere buurtbewoners, voor het blussen van brandbommen, omdat water niet altijd binnen handbereik was. Ik heb toen twee zakken gehaald bij de speeltuin. Supertrots was ik, dat ik dat mocht doen. In totaal is de school vijf dagen dicht geweest vanwege luchtalarmen.’’

Heeft u dierbaren verloren door de oorlog?
‘’Ik ben mijn lieve joodse vriendje Max verloren door de verschrikkelijk oorlog. Hij woonde op het hoekje van de Spechtstraat, op nummer negentien, met zijn ouders. Ik woonde op nummer tien. We deden heel veel samen, zoals buitenspelen en zwemmen. Maar in 1942 werd hij midden in de nacht opgepakt, samen met zijn ouders. Ik heb het niet gezien. Via een vriendinnetje hoorde ik dat ze waren meegenomen en dat ze naar de schouwburg waren gebracht. Op 27 oktober 1942 is Max samen met zijn ouders omgebracht in Auschwitz. Hij was pas vijftien jaar oud.

Na de bevrijding heb ik tien jaar lang de pest gehad aan Duitsers. Ik haatte ze, vanwege wat ze gedaan hadden met mijn vriendje en zijn ouders. Zij hebben hem van mij afgepakt. Ik denk nog iedere dag aan hem. Maar ik haat de Duitsers niet meer, deze generatie is niet de generatie van de slechteriken. Nu moeten we samen weer verder en proberen de wereld te verbeten. Maar vergeten, doe ik het nooit.’’

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892