Erfgoeddrager: Mariam Karima

‘Ruilen tegen Duitse gevangenen’

Wij spraken met de Joodse meneer Henry Joshua via een Skypeverbinding. Meneer Joshua heeft vroeger in Amsterdam-Noord gewoond, nu woont hij in New York. Hij vertelde ons dat hij met zijn familie in de oorlog in verschillende concentratiekampen zat. Hij heeft verschrikkelijke herinneringen uit die tijd. Hij liet ons ook een Jodenster zien.

Hoe voelde het om de Jodenster te dragen?
“Die ster moesten alle Joden dragen tijdens de oorlog, iedereen kon meteen zien dat je Joods was. En daar hoorde allemaal regels bij. We mochten niet in de tram, niet naar het zwembad, niet fietsen, niet meer naar een gewone school. We mochten eigenlijk helemaal niets meer.”

Hoe was het in een concentratiekamp?
“Het leven in de concentratiekampen was niet leuk. Eerst waren we in Westerbork. Daar werd ik met mijn moeder en zus in een andere afdeling geplaatst dan mijn broer en vader. Het was vreselijk om van elkaar gescheiden te zijn. In Bergen-Belsen was het nog erger dan in Westerbork, echt verschrikkelijk. Er was heel weinig te eten en veel mensen waren ziek. Ik heb zelf niemand zien sterven, maar er gingen heel veel mensen dood. Elke dag kwam er een houten wagen langs waar de lichamen op gegooid werden, zo vreselijk. Elke dag stierven er tientallen mensen. Mijn vader is daar ook doodgegaan omdat de omstandigheden zo slecht waren.”

Hoe overleefde u uiteindelijk de oorlog?
“Wij hadden Paraguayaanse paspoorten. Die had iemand voor ons geregeld. Door die paspoorten waren we net iets veiliger dan de anderen, het gaf bepaalde privileges. In Bergen-Belsen werden we daarom uitgekozen voor een gevangenenruil. Ze wilden ons ruilen tegen Duitse gevangenen. We zouden met de trein naar Zwitserland gaan en daar zouden we vrijgelaten worden. Maar de trein stopte toen we de Zwitserse grens al zagen. We gingen de grens niet over maar werden naar kamp Biberach gebracht. Daar zijn we gebleven tot het einde van de oorlog.”

“Ik wil nog graag zeggen we zijn gered omdat we door mensen zijn geholpen. Als je ooit iemand kunt helpen die in nood is, doe dat dan, want misschien weet je het niet op dat moment, maar je zou een leven kunnen redden. Dus probeer andere mensen te helpen.”

Foto’s: Caro Bonink

Contact


Heb je een vraag aan ons? Wilt u meedoen als verteller, als basisschool, of een bijdrage leveren door een interview te begeleiden? Neem contact op, we helpen graag verder.

Christine: +31 6 816 834 18

NL41 TRIO 0254 753892